Uitspraak
1.De uitspraak waarvan herziening is gevraagd
2.De aanvraag tot herziening
3.De conclusies van de Advocaat-Generaal
4.Beoordeling van de aanvraag
5.Slotsom
6.Beslissing
15 maart 2016.
Hoge Raad
Op 15 maart 2016 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een herzieningszaak met nummer 14/03350. De aanvraag tot herziening was ingediend door G.G.J. Knoops, advocaat te Amsterdam, namens de aanvrager, geboren in 1968. De zaak betreft een eerder arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 28 juli 2008, waarin de aanvrager was veroordeeld voor meerdere strafbare feiten, waaronder opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet en overtredingen van de Wegenverkeerswet.
De aanvraag tot herziening berustte op de stelling dat er sprake was van een persoonsverwisseling, hetgeen volgens de aanvrager een gegeven is als bedoeld in artikel 457, eerste lid aanhef en onder c van het Wetboek van Strafvordering. De Advocaat-Generaal D.J.C. Aben heeft in zijn conclusies van 4 november 2014 en 5 januari 2016 geadviseerd de aanvraag gegrond te verklaren en de zaak te verwijzen naar een ander gerechtshof voor herbehandeling.
De Hoge Raad heeft de aanvraag tot herziening gegrond verklaard, de opschorting of schorsing van de tenuitvoerlegging van het eerdere arrest bevolen en de zaak verwezen naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De Hoge Raad oordeelde dat er ernstige twijfels bestonden over de rechtmatigheid van de eerdere veroordeling, gezien de nieuwe informatie over de persoonsverwisseling. Dit arrest is uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz, waarbij de raadsheren Balkema en Ilsink buiten staat waren om het arrest te ondertekenen.