Met betrekking tot die maatregel is in het vonnis van de Rechtbank het volgende overwogen:
"Uit de wetsgeschiedenis van artikel 37 Sr volgt dat met het bezigen van de termen "gevaarlijk is voor zichzelf, voor anderen, of voor de algemene veiligheid van personen of goederen" is beoogd aan te sluiten bij de terminologie in de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet BOPZ) (onder meer Kamerstukken 11 1980-81, 11 932, nrs. 5-7, p. 32).
Ingevolge artikel 1, eerste lid, aanhef en onder f, onderdeel 2, aanhef en onder b, van de Wet BOPZ wordt voor de toepassing van het bij of krachtens deze wet bepaalde verstaan onder gevaar (onder meer): gevaar voor anderen, hetgeen onder meer bestaat uit het gevaar voor de psychische gezondheid van een ander.
Voor de toepassing van artikel 37 Sr hoeft geen sprake te zijn van een direct fysiek gevaar voor zichzelf, voor anderen of voor de algemene veiligheid van personen of goederen. De rechtbank verwijst in dit kader naar een arrest van de Hoge Raad van 31 januari 2006 (ECLI:NL: HR:2006:AU7080).
De rechtbank heeft hiervoor overwogen dat het bewezen verklaarde niet aan verdachte kan worden toegerekend wegens de gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte gevaarlijk is voor de psychische gezondheid van [betrokkene 1] en haar kinderen. Zoals uit de aangiftes en de schriftelijke slachtofferverklaring blijkt, zijn [betrokkene 1] en haar kinderen erg bang voor verdachte. [betrokkene 1] verblijft al geruime tijd met haar kinderen op geheime adressen en zij draagt een zogenoemd "aware system", waarmee zij de politie kan waarschuwen wanneer zij verdachte ziet. Daarnaast blijkt het gevaar uit de aard van het onder 1. bewezenverklaarde feit. De rechtbank acht hierbij mede van belang dat verdachte al eens eerder is veroordeeld ter zake belaging (waartegen momenteel hoger beroep aanhangig is) en dat het contactverbod dat hem destijds in het kader van de schorsing van de voorlopige hechtenis en bij het vonnis is opgelegd hem er niet van heeft weerhouden opnieuw vele malen contact te zoeken met [betrokkene 1].
De rechtbank heeft haar oordeel gegrond op de met redenen omklede, gedagtekende en ondertekende adviezen van psycholoog Thung en psychiater Blansjaar. Zoals de rechtbank hiervoor heeft overwogen hebben deze gedragsdeskundigen verdachte onderzocht.
(...)
De rechtbank verenigt zich met deze adviezen en neemt ze over. De rechtbank zal gelasten dat verdachte in een psychiatrisch ziekenhuis wordt geplaatst voor de termijn van één jaar."