ECLI:NL:HR:2017:1318

Hoge Raad

Datum uitspraak
11 juli 2017
Publicatiedatum
11 juli 2017
Zaaknummer
15/05372
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Witwassen van groot geldbedrag afkomstig uit misdrijf in hotel te Amsterdam

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag, dat op 13 november 2015 is gewezen. De verdachte, geboren in 1964, was betrokken bij een strafzaak waarin hij werd beschuldigd van witwassen. Het ging om een groot geldbedrag dat afkomstig was uit een misdrijf en dat voorhanden werd gehouden in een hotel in Amsterdam, in strijd met artikel 420bis.1.b van het Wetboek van Strafrecht. De verdediging voerde aan dat er verzuim was om te beslissen op een voorwaardelijk gedaan getuigenverzoek en dat er een schending had plaatsgevonden van artikel 350 van het Wetboek van Strafvordering en artikel 301.4 van het Wetboek van Strafvordering. Dit betrof een bewijsuitsluiting van een tapgesprek, waarbij de Hoge Raad oordeelde dat het maken van een zoekslag op internet buiten het geding niet correct was. De Advocaat-Generaal A.E. Harteveld concludeerde tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad oordeelde dat de middelen niet tot cassatie konden leiden en dat dit geen nadere motivering behoefde, aangezien de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Uiteindelijk verwerpt de Hoge Raad het beroep op 11 juli 2017.

Uitspraak

11 juli 2017
Strafkamer
nr. S 15/05372
AKA
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 13 november 2015, nummer 22/004771-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1964.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben F.P. Slewe en M. Berndsen, beiden advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal A.E. Harteveld heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier A.C. ten Klooster, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
11 juli 2017.