Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van de middelen
3.Beslissing
17 januari 2017.
Hoge Raad
In deze zaak gaat het om de schending van het ambtsgeheim door een raadslid van de gemeente Delft. Het raadslid, dat lid was van de Commissie Spoorzone, Verkeer en Ruimte, heeft vertrouwelijke en geheime informatie over de aanbesteding en het ontwerp van de Sebastiaansbrug te Delft via een persbericht aan derden verstrekt. Dit leidde tot een rechtszaak waarin de verdachte in cassatie ging tegen een eerder arrest van het Gerechtshof Den Haag. De Hoge Raad heeft op 17 januari 2017 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij het beroep in cassatie werd verworpen. De advocaat van de verdachte, T.M. ten Velde, had middelen van cassatie voorgesteld, maar de Advocaat-Generaal E.J. Hofstee concludeerde tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad oordeelde dat de voorgestelde middelen niet tot cassatie konden leiden, en dat verdere motivering niet nodig was, aangezien de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Het arrest werd uitgesproken door de vice-president W.A.M. van Schendel, samen met de raadsheren Y. Buruma en V. van den Brink, in aanwezigheid van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg.