Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
7 maart 2017.
Hoge Raad
Op 7 maart 2017 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een cassatiezaak tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam, dat op 19 november 2015 werd gewezen. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1992, die in cassatie ging tegen het eerdergenoemde arrest. De verdachte werd bijgestaan door advocaat N.D. de Fluiter, die een middel van cassatie heeft voorgesteld. De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft het middel beoordeeld en geconcludeerd dat het niet tot cassatie kan leiden. Dit was in overeenstemming met artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie, wat betekent dat er geen verdere motivering nodig was, aangezien het middel geen rechtsvragen opriep die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, en dit arrest is uitgesproken ter openbare terechtzitting.