ECLI:NL:HR:2018:1164

Hoge Raad

Datum uitspraak
10 juli 2018
Publicatiedatum
10 juli 2018
Zaaknummer
16/05402
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatieberoep tegen arrest Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden inzake voorbereidingshandelingen woninginbraak

Op 10 juli 2018 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een cassatiezaak met nummer 16/05402. Het beroep in cassatie was ingesteld door de verdachte tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, dat op 2 november 2016 had geoordeeld in de strafzaak met nummer 21/003872-14. De verdachte was beschuldigd van het voorbereiden van een woninginbraak. De advocaat van de verdachte, J. van Rooijen, heeft middelen van cassatie voorgesteld, welke aan het arrest zijn gehecht. De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Volgens artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO) behoeft dit geen nadere motivering, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft derhalve het beroep verworpen.

Dit arrest is gewezen door vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, samen met de raadsheren Y. Buruma en V. van den Brink, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting. De uitspraak is openbaar gemaakt op 10 juli 2018.

Uitspraak

10 juli 2018
Strafkamer
nr. S 16/05402
AKA
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, van 2 november 2016, nummer 21/003872-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1989.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft J. van Rooijen, advocaat te Tilburg, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en V. van den Brink, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
10 juli 2018.