Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het eerste cassatiemiddel
3.Beoordeling van de cassatiemiddelen voor het overige
4.Beslissing
30 maart 2021.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 30 maart 2021 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 6 maart 2020. De zaak betreft een poging om een gedetineerde uit de gevangenis in Roermond te bevrijden met behulp van een helikopter. De verdachte, geboren in 1993, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het hof. De advocaat D.N. de Jonge heeft namens de verdachte cassatiemiddelen voorgesteld, waarop de advocaat-generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de cassatiemiddelen beoordeeld en geconcludeerd dat het eerste cassatiemiddel niet leidt tot cassatie, met verwijzing naar de redenen die zijn vermeld in een eerder arrest (ECLI:NL:HR:2021:389). De overige klachten van de verdachte zijn ook niet gegrond bevonden, en de Hoge Raad heeft besloten het beroep te verwerpen. Dit arrest is gewezen door de vice-president en vier raadsheren, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.