Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van de cassatiemiddelen
3.Beslissing
15 juni 2021.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 15 juni 2021 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een uitspraak van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 5 december 2019. Het beroep in cassatie is ingesteld door de betrokkene, die werd bijgestaan door advocaat J.J.J. van Rijsbergen. De zaak betreft een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, gerelateerd aan een criminele organisatie die zich bezighield met de gewelddadige handel in hard- en softdrugs, met name hennepteelt. De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van de uitspraak. Dit oordeel is gegeven zonder verdere motivering, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen, waarmee de uitspraak van het gerechtshof in stand blijft.