Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het eerste cassatiemiddel
(...)
Bij arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van dit hof van 1 februari 2022 is de betrokkene ter zake van het in zijn strafzaak onder 2 en 3 bewezenverklaarde, gekwalificeerd als:
(...)
Vaststelling van het wederrechtelijk verkregen voordeel
(...)
In aanvulling op de weergave van de procesgang van de strafzaak in hoger beroep heeft het hof de betrokkene veroordeeld voor het opzettelijk aanwezig hebben van MDMA, amfetamine en heroïne, alsmede voor het treffen van voorbereidingshandelingen voor de handel in en uitvoer van deze harddrugs.
(...)
De betrokkene heeft enige inzage gegeven in welk deel van zijn inkomsten betrekking heeft gehad op het verkopen van informatie omtrent backdoors en exploits. De betrokkene heeft immers ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat hij met het verkopen van backdoors en exploits een bedrag van € 70.000,-- heeft verdiend.
(...)
Nettowinst verdovende middelen € 177.295,61
Omzet backdoors en exploits € 70.000,00
(...)
Ik handelde in de cryptomunten en voor het overige heb ik de munten verdiend door het verkopen van informatie en deed ik aan daytraden.
(...)
U, de jongste raadsheer, houdt mij mijn verklaring voor die ik bij de rechtbank heb afgelegd, waarbij ik bevestig dat er 88 transacties hebben plaatsgevonden met een waarde van € 70.000,-. Dit klopt inderdaad. Ik kan als ik met iemand praat niet controleren waar hij zijn bitcoins vandaan haalt, maar het waren inderdaad forums op het darkweb. U vraagt mij hoe ik aan de informatie over backdoors en exploits kwam. Ik heb al mijn kennis zelf opgedaan via Google. Ik heb hiervoor nooit een opleiding gevolgd. U vraagt mij of u het goed begrijpt dat er 88 mensen waren, die zo naïef waren dat zij contact met mij opnamen en mij in totaal € 70.000,- betaalden voor informatie die gewoon gratis op internet te vinden was. Van de miljoenen mensen die er waren, ja.
(...)
Ik verkocht ook informatie op darknetsites, daarom komen sommige bitcoins hiervandaan.”
2. De verplichting kan worden opgelegd aan de in het eerste lid bedoelde persoon die voordeel heeft verkregen door middel van of uit de baten van het daar bedoelde feit of andere strafbare feiten, waaromtrent voldoende aanwijzingen bestaan dat zij door de veroordeelde zijn begaan.
3. Op vordering van het openbaar ministerie kan bij een afzonderlijke rechterlijke beslissing aan degene die is veroordeeld wegens een misdrijf dat naar de wettelijke omschrijving wordt bedreigd met een geldboete van de vijfde categorie, de verplichting worden opgelegd tot betaling van een geldbedrag aan de staat ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, indien aannemelijk is dat of dat misdrijf of andere strafbare feiten op enigerlei wijze ertoe hebben geleid dat de veroordeelde wederrechtelijk voordeel heeft verkregen. (...)”
3.Beoordeling van het tweede cassatiemiddel
4.Beslissing
25 juni 2024.