ECLI:NL:HR:2025:1302

Hoge Raad

Datum uitspraak
16 september 2025
Publicatiedatum
12 september 2025
Zaaknummer
23/03706
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over de betrouwbaarheid van herkenningen door verbalisanten in een diefstalzaak

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 september 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De verdachte, geboren in 1993, was in eerste aanleg vrijgesproken van medeplegen van diefstal met braak. In cassatie werd door de verdachte geklaagd over de betrouwbaarheid van de herkenningen door verbalisanten. De advocaat-generaal V.M.A. Sinnige concludeerde tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad oordeelde dat het hof voldoende had gereageerd op de argumenten van de verdediging over de betrouwbaarheid van de herkenningen. Het hof had stilgestaan bij de vraag of er voorinformatie was en had ook gereageerd op de stelling van de verdediging dat er sprake was van 'sturing' in het proces van herkenning. De Hoge Raad oordeelde dat het hof niet op elk detail van de argumentatie van de verdediging hoefde in te gaan, en dat de motivering van het hof niet onbegrijpelijk was. De Hoge Raad verwierp het beroep en bevestigde de uitspraak van het hof, waarbij de samenhang met een andere zaak (23/03707) werd opgemerkt.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer23/03706
Datum16 september 2025
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 22 september 2023, nummer 20-002919-19, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1993,
hierna: de verdachte.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben de advocaten J.C. Reisinger en R.L. Vermeulen bij schriftuur cassatiemiddelen voorgesteld.
De advocaat-generaal V.M.A. Sinnige heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de cassatiemiddelen

2.1
Het eerste cassatiemiddel klaagt dat het hof in strijd met artikel 359 lid 2, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering niet in het bijzonder de redenen heeft opgegeven waarom het is afgeweken van een door de verdediging naar voren gebracht uitdrukkelijk onderbouwd standpunt over de herkenning van de verdachte door verbalisanten. Het tweede cassatiemiddel klaagt over de motivering van de bewezenverklaring.
2.2
De cassatiemiddelen leiden niet tot cassatie. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president M.J. Borgers als voorzitter, en de raadsheren A.L.J. van Strien en C. Caminada, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P. Bakker, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
16 september 2025.