ECLI:NL:HR:2025:1854
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van het beroep in cassatie inzake belastingrecht
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 december 2025 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie ingesteld door V.J. de Groot tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 15 juli 2025, nr. BK-ARN 24/68. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie beoordeeld. De indiener van het beroepschrift, V.J. de Groot, werd verzocht om binnen zes weken een bewijsstuk over te leggen waaruit bleek dat hij gemachtigd was om het beroepschrift in te dienen. Dit verzoek werd op 3 september 2025 per aangetekende brief verzonden en volgens Track&Trace van PostNL is deze brief afgeleverd op het opgegeven adres van de indiener. Echter, de gevraagde machtiging of verklaring is niet overgelegd door de indiener. Hierdoor concludeert de Hoge Raad dat de indiener niet bevoegd was om namens [X] beroep in cassatie in te stellen. Op basis van deze overwegingen heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard. De Hoge Raad heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.