Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van de cassatiemiddelen
3.Ambtshalve beoordeling van de uitspraak van het hof
4.Beslissing
9 december 2025.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 december 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 25 juli 2024. De verdachte, geboren in 1981, was betrokken bij de uitvoer van aanzienlijke hoeveelheden drugs, waaronder amfetamine, cocaïne en hasj, en werd beschuldigd van deelname aan een criminele organisatie. De advocaat Y. Moszkowicz heeft namens de verdachte cassatiemiddelen ingediend, terwijl de advocaat-generaal V.M.A. Sinnige heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de vragen niet van belang zijn voor de ontwikkeling van het recht. Tevens heeft de Hoge Raad ambtshalve beoordeeld dat de redelijke termijn voor het cassatieberoep is overschreden, maar heeft besloten dat hieraan geen rechtsgevolg verbonden wordt. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen.