ECLI:NL:HR:2025:473

Hoge Raad

Datum uitspraak
1 april 2025
Publicatiedatum
27 maart 2025
Zaaknummer
22/04017
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging en terugwijzing van uitspraak wegens ontbrekende pleitnota in hoger beroep

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 1 april 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 20 oktober 2022. De verdachte, geboren in 1967, was in hoger beroep geconfronteerd met een pleitnota die niet bij de stukken was gevoegd. De advocaat van de verdachte, R. Zilver, had cassatiemiddelen voorgesteld, waarbij de advocaat-generaal T.N.B.M. Spronken concludeerde tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing naar het hof. De Hoge Raad oordeelde dat het ontbreken van de pleitnota in strijd was met de behoorlijke procesorde, waardoor het onderzoek en de uitspraak nietig waren. Dit verzuim was onherstelbaar, wat leidde tot de beslissing om de uitspraak van het hof te vernietigen en de zaak terug te wijzen voor herbehandeling. De uitspraak benadrukt het belang van een correcte procesvoering en de noodzaak om alle relevante stukken te overleggen in hoger beroep.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer22/04017
Datum1 april 2025
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 20 oktober 2022, nummer 21-002700-20, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1967,
hierna: de verdachte.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft R. Zilver, advocaat in Utrecht, bij schriftuur cassatiemiddelen voorgesteld.
De advocaat-generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing van de zaak naar het hof Arnhem-Leeuwarden, teneinde op het bestaande beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het derde cassatiemiddel

2.1
Het cassatiemiddel klaagt dat het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en de naar aanleiding daarvan gedane uitspraak nietig zijn, omdat de pleitnota die op de terechtzitting in hoger beroep door de raadsman van de verdachte aan het hof is overgelegd, zich niet bij de stukken bevindt.
2.2
Het cassatiemiddel slaagt. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal onder 2.2 tot en met 2.4.

3.Beoordeling van de overige cassatiemiddelen

Gelet op de beslissing die hierna volgt, is bespreking van het eerste en het tweede cassatiemiddel niet nodig.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
- vernietigt de uitspraak van het hof;
- wijst de zaak terug naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president V. van den Brink als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en R. Kuiper, in bijzijn van de waarnemend griffier B.C. Broekhuizen-Meuter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
1 april 2025.