Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
16 mei 2025.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 mei 2025 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van RENT A PADELCOURT INTERNATIONAL B.V. (hierna: RAPI) tegen de beschikking van de rechtbank Midden-Nederland. RAPI had beroep in cassatie ingesteld tegen een eerdere beschikking van de rechter-commissaris en de rechtbank, die beide betrekking hadden op het faillissement van VIDREA BUYING B.V. en VIDREA RETAIL B.V. De Hoge Raad heeft de klachten van RAPI beoordeeld, maar kwam tot de conclusie dat deze niet konden leiden tot vernietiging van de beschikking van de rechtbank. De Hoge Raad oordeelde dat het niet nodig was om te motiveren waarom het oordeel was genomen, aangezien de vragen die aan de orde waren niet van belang waren voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft het beroep van RAPI verworpen en haar veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerders, Buying en Retail, op nihil zijn begroot.