ECLI:NL:OGAACMB:2016:68
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.J. Noordhuizen
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift tegen afwijzing bevorderingsverzoek in ambtenarenrecht
In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba op 24 oktober 2016 uitspraak gedaan op het bezwaar van klager, die een verzoek tot bevordering naar de rang van klerk 1ste klasse in schaal 4 had ingediend. De Minister van Financiën en Overheidsorganisatie had dit verzoek eerder afgewezen in een beschikking van 30 november 2015. Klager heeft op 1 april 2016 bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing. Tijdens de zitting op 12 september 2016 zijn zowel klager als de gemachtigde van de verweerder verschenen.
Het gerecht heeft vastgesteld dat klager zijn bezwaarschrift tijdig heeft ingediend, aangezien hij de bestreden beschikking op 2 maart 2016 heeft ontvangen. De kern van de zaak draait om de vraag of de afwijzing van het bevorderingsverzoek op goede gronden is gedaan. Klager stelt dat hij de functie van magazijnbeheerder bekleedt, die recht zou geven op bevordering naar schaal 4, terwijl verweerder aanvoert dat klager niet aan alle bevorderingseisen voldoet.
Het gerecht heeft geoordeeld dat bevordering geen recht is, maar een discretionaire bevoegdheid van de werkgever. Het heeft geconcludeerd dat de afwijzing van het bevorderingsverzoek door de Minister op goede gronden is gedaan, omdat klager niet voldeed aan de vereisten voor bevordering. Het bezwaar van klager is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een kostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door rechter W.J. Noordhuizen en is openbaar uitgesproken.