Uitspraak
GERECHT IN AMBTENARENZAKEN VAN CURAÇAO
[klager],
de Regering van Curaçao,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
verklaarthet bezwaar
ongegrond.
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Curaçao uitspraak gedaan over het bezwaar van klager, die ontheven was van zijn functie als Adviseur/Consulent-E bij het Ministerie van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport en benoemd werd tot Beleidsdirecteur bij het Ministerie van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn. Klager maakte bezwaar tegen de toepassing van de vertragingsregel bij zijn benoeming, waarbij zijn bezoldiging was vastgesteld op schaal 15 in plaats van de door hem gewenste schaal 17. Klager stelde dat hij voldoende relevante werkervaring had, omdat hij twee topfuncties tegelijkertijd had vervuld. Het Gerecht oordeelde echter dat klager ten tijde van zijn benoeming niet voldeed aan de functie-eisen en dat de vertragingsregel terecht was toegepast. Het bezwaar werd ongegrond verklaard, en het Gerecht oordeelde dat de minister in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel had gehandeld door het bezwaarschrift niet door te zenden naar het Gerecht. De uitspraak werd gedaan op 6 juli 2020, en klager heeft binnen dertig dagen de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.