In deze zaak heeft klaagster, de Gouverneur van Aruba, bezwaar gemaakt tegen het uitblijven van een beslissing op haar verzoek tot bevordering. Klaagster had op 23 mei 2019 en opnieuw op 10 januari 2021 verzocht om bevordering naar de rang van technisch ambtenaar (schaal 8) en technisch ambtenaar 1ste klasse (schaal 9). Aangezien verweerder geen beslissing had genomen op het verzoek, heeft klaagster op 12 juli 2021 bezwaar gemaakt bij het gerecht. De zitting vond plaats op 22 november 2021, waarbij beide partijen vertegenwoordigd waren door hun gemachtigden.
Het gerecht overweegt dat het bezwaar gegrond is, omdat verweerder niet inhoudelijk op het verzoek heeft beslist. De rechter verwijst naar een eerdere uitspraak van de Raad van Beroep in Ambtenarenzaken, waarin werd vastgesteld dat de weigering om te beschikken niet als een afwijzende of goedkeurende beschikking kan worden gekwalificeerd. Dit betekent dat klaagster het recht heeft om bezwaar te maken tegen het uitblijven van een beslissing. Het gerecht draagt verweerder op om binnen drie maanden na de uitspraak schriftelijk op het bevorderingsverzoek van klaagster te beslissen en veroordeelt verweerder tot betaling van de proceskosten aan klaagster, begroot op Afl. 350,-.
De uitspraak werd gedaan door mr. M.E.B. de Haseth en is openbaar uitgesproken op 13 december 2021. Beide partijen hebben het recht om hoger beroep in te stellen bij de Raad van Beroep in ambtenarenzaken, met inachtneming van de gestelde termijnen.