In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba op 6 december 2021 uitspraak gedaan over het bezwaar van de klaagster, de Gouverneur van Aruba, tegen een schorsingsbesluit. De schorsing was opgelegd door de verweerder, die op 13 juli 2021 besloot om klaagster met toepassing van artikel 87 van de Landsverordening materieel ambtenarenrecht (Lma) te schorsen. Dit besluit volgde op een intern disciplinair onderzoek naar klaagster, die als teamcoördinator werkzaam was bij de afdeling Uitgifte Centrum van de Directie Infrastructuur en Planning (DIP). Klaagster had eerder toegang ontzegd gekregen tot de dienstlokalen van de DIP in verband met dit onderzoek.
Klaagster maakte bezwaar tegen de schorsing, stellende dat er geen sprake was van ernstig plichtsverzuim. De verweerder voerde aan dat klaagster zich vermoedelijk schuldig had gemaakt aan plichtsverzuim door in strijd met de richtlijnen van de DIP te handelen. Tijdens de zitting op 25 oktober 2021 werd de zaak behandeld, waarbij beide partijen vertegenwoordigd waren door hun gemachtigden.
De ambtenarenrechter overwoog dat het schorsingsbesluit was gebaseerd op voldoende gronden, gezien de concrete verdenking van plichtsverzuim. De rechter benadrukte dat het schorsingsbesluit op goede gronden was genomen en dat er geen strijd was met de beginselen van behoorlijk bestuur. De rechter concludeerde dat het bezwaar ongegrond was en dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken, en beide partijen hebben de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.