Uitspraak
GERECHT IN AMBTENARENZAKEN VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA
zittingsplaats Bonaire
[Klager],
de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (de minister),
Procesverloop
Overwegingen
- De heer [B] desondanks de jongeman nog zeker vier keer een hard klap/slag heeft gegeven op zijn hoofd, dan wel ter hoogte daarvan, en u daarbij aanwezig bent geweest;
- U niets heeft gedaan om het gewelddadige handelen van de heer [B] tegen te gaan of te stoppen;
- U de jongeman met de platte hand een klap heeft gegeven op zijn achterhoofd/ met kracht zijn achterhoofd naar beneden heeft geduwd waardoor zijn gezicht op de motorkap terechtkwam;
- U geen meldingsformulier heeft opgemaakt/laten opmaken van het door u gepleegde geweld tegen de jongeman.
- U geen proces-verbaal van bevindingen heeft opgemaakt naar aanleiding van het incident met de jongeman en uw geweldstoepassing ook niet wordt vermeld in het proces-verbaal van bevindingen van uw collega's.
- U tijdens de IBT-training op 18 maart 2024 op een ontoelaatbare wijze met uw collega's heeft gesproken over de aanhouding van de jongeman;
- U op 23 maart 2024 onder invloed van alcohol een aanrijding heeft veroorzaakt met uw auto;
- U aanvankelijk niet mee wilde werken aan de blaastest;
- U geen melding bij uw leidinggevende heeft gemaakt van die aanrijding;
- U enige tijd na de aanrijding weer bent doorgereden, terwijl u wist dat u meer alcohol had gedronken dan de toegestane hoeveelheid;
- U tijdens de verantwoordingsgesprekken tegenstrijdige/leugenachtige verklaringen heeft afgelegd;
beoordeling
- Het zonder dat dat nodig was toepassen van geweld tegen een minderjarige;
- Het, hoewel hij op grond van de Ambtsinstructie daartoe verplicht was, nalaten zijn geweldstoepassing tegen de minderjarige vast te leggen in een proces-verbaal of te melden aan zijn leidinggevende;
- Het geven van tegenstrijdige/leugenachtige verklaringen tijdens verantwoordingsgesprekken;
- Op 23 maart 2024 onder invloed van alcohol een aanrijding veroorzaken met de door hem bestuurde auto, daarbij in eerste instantie niet willen meewerken met een blaastest, om vervolgens daarna door te rijden wetende dat dat gelet op het resultaat van de blaastest conform vaste procedure niet was toegestaan;
- Het nalaten om het incident van 23 maart 2024 te melden aan zijn leidinggevende.
Beslissing
verklaarthet bezwaar tegen het ontslagbesluit van de minister van 14 januari 2025
ongegrond.
Informatie over hoger beroep
binnen 30 dagenna de dag waarop deze uitspraak is verzonden.