Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
Partijen hebben op 14 mei 2012 een vaststellingsovereenkomst (…) gesloten ter beëindiging van een geschil omtrent hetgeen tussen partijen rechtens geldt. De overeenkomst heeft naar de Raad begrijpt ten doel om de gerezen geschillen tussen partijen van zowel formele als materiële aard te beslechten. De overeenkomst betreft zowel de wederzijdse aanvaarding van feiten en/of hun fiscale duiding voor fiscale doeleinden als de gezamenlijke beantwoording van rechtsvragen. Aan de vaststelling zijn partijen geboden, ook indien later mocht blijken dat de feiten en/of hun fiscale duiding en/of de van toepassing zijnde rechtsregels anders zijn dan zij bij het sluiten van de vaststellingsovereenkomst aannamen. De Inspecteur is dan ook gehouden de aanslagen in de winstbelasting over de jaren die niet in geding zijn gebracht bij de Raad zo (nader) vast te stellen als is bepaald in de vaststellingsovereenkomst.Voor wat betreft de aanslagen die in dit geding zijn voorgelegd zal de Raad de aanslagen voor de belastingjaren 2002, 2003, 2005K en 2005/2006 conform de vaststellingsovereenkomst verminderen tot nihil en de aanslag voor het jaar 2004 verminderen tot een bedrag van AWG. 77.985,.
3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
4.DE BEOORDELING
Anders gezegd: het gerecht is voorshands van oordeel dat bij de toetsing van de vraag of de gemaakte kosten voldoen aan de redelijkheid van artikel 6:96 lid 2 aanhef en onder a BW, in beginsel aansluiting moet worden gezocht bij het in het bestuursrecht gebruikelijk toe te passen Antilliaanse Besluit proceskosten bestuursrecht.