Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
[gedaagden] te veroordelen, de een betalend, andere bevrijdend, om tegen behoorlijk bewijs van betaling, aan [eisers] te voldoen het bedrag van Afl. 24.750, aan hoofdsom, vermeerderen met het op de datum van de onderhavige procedure te wijzen vonnis nog te vervallen huurtermijnen van Afl. 1.650, per maand;
vermeerderd met de incassokosten ad Afl. 2.475,;
alsmede de wettelijke rente vanaf april 2014, dan wel vanaf 28 mei 2014, zijnde de datum van ingebrekestelling, tot aan de dag der algehele voldoening en om
[gedaagden] te voordelen de woning gelegen te [adress], op Aruba met alle daarin aanwezige personen en goederen, voor zover deze laatste geen eigendom van [eisers] zijn, te ontruimen en te verlaten binnen 48 uur na het in deze door het gerecht te wijzen vonnis en door afgifte van de sleutels, deze ter vrije beschikking van [eisers] te stellen;
met machtiging aan [eisers] om indien [gedaagden] met de ontruiming in gebreke mocht blijven, de litigieuze woning te ontruimen, deze zelf te doen uitvoeren, desnoods door de hulp in te roepen van de sterke arm van politie en justitie; subsidiair, slechts voor wat vermelde machtiging betreft, met veroordeling van [gedaagden] om aan [eisers] te betalen een onmiddellijk opeisbare dwangsom ad Afl. 1.000, voor elke dag dat [gedaagden] nalaten aan het in deze te geven bevel te voldoen;
[gedaagden], mede ex artikel 13 van de huurovereenkomst, te veroordelen, de een betalend de andere bevrijdend, in de kosten van deze procedure zoals beslagkosten, griffierechten, zegels, en alle overige verschotten alsook het salaris ven de gemachtigde begroot aan de hand van het liqiudatietarief.
Hoewel het er in de akte van 8 oktober 2014 niet zo staat, zal het gerecht de eerste vordering zo lezen dat ook veroordeling wordt gevorderd van huur over de maanden vanaf oktober 2014 en niet alleen tot oktober 2014 (ad Afl. 24.750,) en vervolgens vanaf de datum van dit vonnis (te weten 17 juni 2015) “nog te vervallen huurtermijnen”. Toewijzing van een dergelijke vordering zou erop neerkomen dat vanaf oktober 2014 tot 1 juli 2015 geen huur gevorderd wordt hetgeen op grond van de stellingen van [eisers] evident niet de bedoeling is. [gedaagden] worden daardoor in hun (inhoudelijke) verdediging niet geschaad.
4.DE BEOORDELING
5. DE UITSPRAAK