In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 18 augustus 2015 uitspraak gedaan over het verzoek tot ondercuratelestelling van een vrouw, hierna aangeduid als X, die gediagnostiseerd is met alzheimer. De verzoekster, de dochter van X, heeft verzocht om ondercuratelestelling van haar moeder, met benoeming van zichzelf als curatrice. Daarnaast heeft de kleindochter, belanghebbende sub 2, een zelfstandig verzoek ingediend om ondercuratelestelling van X, met benoeming van haarzelf of belanghebbende sub 3 als curatrice.
Tijdens de zitting op 26 mei 2015 zijn de verzoekster, de belanghebbenden en hun gemachtigden verschenen. De rechter heeft de verklaringen van de verzoekster, andere familieleden en de behandelend geneesheer, dr. H.A.E. van Gaalen, gehoord. Uit deze verklaringen bleek dat X door haar geestelijke stoornis niet in staat is om haar belangen behoorlijk waar te nemen. Het verzoek tot ondercuratelestelling is dan ook voor toewijzing vatbaar.
De rechter heeft vervolgens overwogen wie als curator benoemd dient te worden. Gezien de geestelijke toestand van X, was zij niet in staat om haar voorkeur voor een curator uit te spreken. De belanghebbenden verzetten zich tegen de benoeming van de verzoekster tot curatrice. De rechter heeft vastgesteld dat belanghebbende sub 2 de afgelopen jaren de zorg voor X heeft gedragen en dat haar financiële zaken werden geregeld door belanghebbende sub 3. De rechter oordeelde dat de benoeming van belanghebbende sub 2 als curatrice het meest in het belang van X zou zijn.
De rechter heeft X onder curatele gesteld en belanghebbende sub 2 benoemd tot curatrice. Tevens is bepaald dat de curatrice binnen acht maanden een boedelbeschrijving moet indienen bij het gerecht. De uitspraak zal worden gepubliceerd in de Landscourant van Aruba en in de dagbladen “DIARIO” en “BON DIA ARUBA”.