In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de moeder een verzoek ingediend om kinderalimentatie van de vader voor hun minderjarige kind. De procedure is voortgevloeid uit een eerdere beschikking van 12 mei 2014. De vader heeft de minderjarige inmiddels erkend en verzocht om de betaling van Afl. 350,- per maand aan kinderalimentatie en de helft van de kosten van een DNA-onderzoek. De vader heeft ook verzocht om toestemming om kosteloos te mogen procederen.
Tijdens de zitting op 23 juni 2015 zijn beide partijen, bijgestaan door hun advocaten, verschenen. De Voogdijraad was vertegenwoordigd door mr. M. Ras-Pieternella en mevrouw S.M. Maduro. Het gerecht heeft vastgesteld dat de vader wettelijk verplicht is bij te dragen aan de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige. Echter, het gerecht oordeelt dat de vader onvoldoende draagkracht heeft om kinderalimentatie te betalen, gezien zijn netto inkomen en de omstandigheden.
De moeder's verzoek om kinderalimentatie is afgewezen, maar de vader is wel veroordeeld tot betaling van de helft van de kosten van het DNA-onderzoek, aangezien hij dit bedrag eerder niet heeft voldaan. Het gerecht verleent de vader toestemming om kosteloos te procederen, gezien het bewijs van zijn onvermogen. De beschikking is gegeven op 15 september 2015 door rechter mr. E.M.D. Angela, in tegenwoordigheid van de griffier.