ECLI:NL:OGEAA:2015:329

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
9 september 2015
Publicatiedatum
21 september 2015
Zaaknummer
A.R. no. 1214 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurbetalingsachterstand en ontbinding huurovereenkomst tussen verhuurder en huurder

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is FUNDACION CAS PA COMUNIDAD ARUBANO (FCCA) als eiseres opgetreden tegen een gedaagde die in persoon procedeerde. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 8 juni 2015 werd ingediend, waarin FCCA een ontbinding van de huurovereenkomst en een ontruimingsvordering tegen de gedaagde heeft ingediend. De huurovereenkomst betreft een woning in Aruba, waarvoor de gedaagde een maandelijkse huurprijs van Afl. 536,-- verschuldigd is. FCCA heeft gesteld dat de gedaagde per 30 april 2015 een achterstand in huurbetalingen heeft van Afl. 7.785,67, wat meer dan 14 maanden huur vertegenwoordigt. Dit bedrag is door FCCA onderbouwd met een overzicht van de achterstallige betalingen.

Het Gerecht heeft in het tussenvonnis bepaald dat er een comparitie van partijen moet plaatsvinden om inlichtingen te verkrijgen en/of een minnelijke regeling te beproeven. De gedaagde moet in persoon verschijnen, terwijl FCCA vertegenwoordigd moet zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en bevoegd is om haar te vertegenwoordigen. Het Gerecht heeft partijen erop gewezen dat het niet verschijnen van een partij gevolgen kan hebben, ook in het nadeel van die partij.

De uitspraak van het Gerecht, gedaan op 9 september 2015, houdt in dat de gedaagde moet aangeven of zij in staat is om de woning binnen de door FCCA gevorderde termijn van één maand te ontruimen. Het Gerecht heeft verder bepaald dat iedere verdere beslissing wordt aangehouden, en dat de zaak op 12 oktober 2015 opnieuw zal worden behandeld voor het geven van inlichtingen en/of ter beproeving van een minnelijke regeling.

Uitspraak

Vonnis van 9 september 2015
Behorend bij A.R. no. 1214 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
FUNDACION CAS PA COMUNIDAD ARUBANO, gevestigd in Aruba,
EISERES,
hierna ook te noemen: FCCA,
gemachtigde: de advocaat mr. W.G.T.M. Kloes,
tegen:
Gedaagde, wonende in Aruba,
GEDAAGDE,
hierna ook te noemen: Gedaagde,
procederende in persoon.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het op 8 juni 2015 ter griffie ingediende verzoekschrift, met producties;
- de conclusie van antwoord.
Vervolgens is tussenvonnis bepaald op heden.

2.DE BEOORDELING

2.1
Het Gerecht heeft kennis genomen van de gedingstukken en acht het zinvol om inlichtingen te verkrijgen en/of een minnelijke regeling van (een deel van) het geschil te beproeven. Het zal daartoe een comparitie van partijen gelasten, waarop Gedaagde in persoon en FCCA deugdelijk vertegenwoordigd dienen te verschijnen, desgewenst samen met gemachtigden.
2.2
Het Gerecht wijst partijen erop dat het uit een niet verschijnen van een partij ter comparitie de gevolgtrekkingen – ook in het nadeel van die partij – kan maken die het geraden zal achten.
2.3
De partij die zich ter comparitie op bescheiden wil beroepen, dient die stukken (niet zijnde pleitnota’s, want die worden - óók ter zitting - niet toegelaten)
uiterlijk één weekvóór de comparitie in fotokopie aan zijn wederpartij en aan de griffier van het Gerecht over te leggen.
2.4
De partij die is verhinderd om op de hierna te bepalen datum en tijdstip te verschijnen, dient binnen veertien dagen na het wijzen van dit vonnis per brief aan de ondergetekende rechter onder opgave van redenen uitstel te verzoeken. Bij het verzoek om uitstel dienen tevens de verhinderdata te worden opgegeven van alle partijen en hun gemachtigden gedurende de drie komende maanden na onderstaande dagbepaling. Indien niet binnen veertien dagen na het wijzen van dit vonnis om uitstel is verzocht, zal nog slechts uitstel worden verleend in geval van overmacht. In dat geval dient de partij die wegens overmacht is verhinderd te verschijnen, onmiddellijk na het intreden van die overmacht per brief aan de ondergetekende rechter uitstel te verzoeken.
2.5
Alvast wordt het volgende overwogen. Vast staat dat tussen FCCA als verhuurder en Gedaagde als huurder een overeenkomst bestaat krachtens welke Gedaagde een in Aruba te (Adres) gelegen woning huurt voor de prijs van Afl. 536,-- per maand (hierna: de huurovereenkomst). In dat licht heeft FCCA niet of onvoldoende bestreden gesteld dat Gedaagde per 30 april 2015 een bedrag van
Afl. 7.785,67 aan achterstallige huur verschuldigd is aan FCCA. Die met een overzicht (productie 2 bij het verzoekschrift) onderbouwde stelling staat daarom vast, en behelst een huurbetalingsachterstand van (7.785,67 : 536,-- =) meer dan 14 maanden. Die achterstand rechtvaardigt in beginsel de door FCCA gevorderde ontbinding van de huurovereenkomst alsmede de toewijzing van de ontruimingsvordering van FCCA.
2.6
Tegen voormelde achtergrond dient Gedaagde ter zitting kenbaar te maken of zij in staat is om het door haar gehuurde binnen de door FCCA gevorderde ontruimingstermijn van 1 maand geheel te ontruimen met alle personen en goederen die zich daarin van harentwege bevinden. Indien Gedaagde na 30 april 2015 nog huurbetalingen heeft verricht, dient zij dat ter zitting verificatoir (met betalingsbewijzen onderbouwd) kenbaar te maken aan het Gerecht en aan FCCA.
2.7
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

3.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
- gelast een verschijning van partijen voor het geven van inlichtingen en/of ter beproeving van een minnelijke regeling op de terechtzitting van mr. A.H.M. van de Leur, rechter, op
maandag 12 oktober 2015 om 15.30 uurin zaal A van het in Aruba te J.G. Emanstraat no. 51 gelegen gerechtsgebouw;
- bepaalt dat Gedaagde dan in persoon aanwezig moet zijn en dat FCCA dan vertegenwoordigd aanwezig moet zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en hetzij rechtens hetzij op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen, desgewenst samen met hun respectieve gemachtigden;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 9 september 2015 in aanwezigheid van de griffier.