ECLI:NL:OGEAA:2015:352

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
23 september 2015
Publicatiedatum
28 september 2015
Zaaknummer
A.R. 2202 van 2014
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een geldlening met buitengerechtelijke kosten

In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de naamloze vennootschap Island Finance Aruba N.V. (hierna: Island Finance) een vordering ingesteld tegen de gedaagde partij, die ook in Aruba is gevestigd. De zaak betreft een overeenkomst van geldlening die door gedaagde is aangegaan met Island Finance voor een totaalbedrag van Afl. 24.981,12, inclusief rente en premie levensverzekering. Island Finance vordert een bedrag van Afl. 13.760,81, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke kosten, omdat gedaagde volgens hen toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van zijn betalingsverplichtingen uit de overeenkomst.

De procedure omvatte verschillende processtukken, waaronder een verzoekschrift, conclusie van antwoord, conclusie van repliek en een akte niet-dienen. Gedaagde heeft de gelegenheid om te dupliceren niet benut, waardoor de vordering van Island Finance niet is bestreden. De rechter heeft vastgesteld dat de gevorderde buitengerechtelijke kosten van Afl. 2.064,12, die 15% van het verschuldigde bedrag vertegenwoordigen, redelijk zijn en dat Island Finance voldoende bewijs heeft geleverd van de gemaakte kosten.

De rechter heeft de vordering van Island Finance toegewezen en gedaagde veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke kosten. Daarnaast is gedaagde ook veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op Afl. 750 aan griffierecht, Afl. 829 aan explootkosten en Afl. 1.500 aan salaris van de gemachtigde. Het vonnis is uitgesproken op 23 september 2015 door mr. W.J. Noordhuizen, en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Vonnis van 23 september 2015
Behorend bij A.R. 2202 van 2014
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ISLAND FINANCE ARUBA N.V.,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Island Finance,
gemachtigde: de advocaat mr. M.E.D. Brown,
tegen:
Gedaagde,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Gedaagde,
gemachtigde: de advocaat mr. E. Duijneveld.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de akte niet-dienen op de rol van 1 juli 2015.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Gedaagde heeft met Island Finance een overeenkomst van geldlening gesloten voor een bedrag van in totaal Afl. 24.981,12 (inclusief rente en premie levensverzekering).

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
Island Finance vordert – uitvoerbaar bij voorraad – veroordeling van Gedaagde tot betaling van Afl. 13.760,81, te vermeerderen met 1,4% per maand vanaf 28 februari 2014 met een maximum van Afl. 10.029,02 en na het bereiken van dit maximum te vermeerderen met de wettelijke rente en vermeerderd met Afl. 2.064,12 buitengerechtelijk incassokosten met veroordeling van Gedaagde tot vergoeding van de proceskosten waaronder de beslagkosten.
3.2
Island Finance grondt de vordering erop dat Gedaagde toerekenbaar tekort geschoten is in de nakoming van de uit de overeenkomst van geldlening voortvloeiende betalingsverplichting.
3.3
Gedaagde voert hiertegen verweer.

4.DE BEOORDELING

4.1.
Gedaagde heeft de gelegenheid om te dupliceren voorbij laten gaan. Hij heeft de nadere uiteenzetting van de buitengerechtelijke kosten door Island Finance dus niet bestreden. Blijkens de overeenkomst is overeengekomen dat de buitengerechtelijke kosten 15% bedragen van het door de schuldenaar verschuldigde bedrag. Island Finance heeft Afl. 2.064,12 gevorderd, hetgeen 15% is van het als hoofdsom gevorderde bedrag. In de conclusie van repliek is onderbouwd dat daadwerkelijk buitengerechtelijke kosten zijn gemaakt, hetgeen ook niet is betwist. Het is redelijk dat er buitengerechtelijke kosten zijn gemaakt en de gevorderde hoogte ervan is redelijk. Het gevorderde bedrag dient te worden toegewezen.
4.2.
De vordering was voor het overige reeds niet bestreden en komt daarom voor toewijzing in aanmerking.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
veroordeelt Gedaagde tot betaling aan Island Finance van een bedrag van Afl. 13.760,81, te vermeerderen met 1,4% rente per maand vanaf 28 februari 2014 tot een maximum van Afl. 10.029,02 is bereikt en na het bereiken van dat maximum te vermeerderen met de wettelijke rente, steeds over het saldo van de dan openstaande hoofdsom tot de dag waarop volledig zal zijn betaald en te vermeerderen met de buitengerechtelijke incassokosten van Afl. 2.064,12;
veroordeelt Gedaagde in de kosten van de procedure, die tot de datum van uitspraak aan de kant van Island Finance worden begroot op Afl. 750, aan griffierecht, Afl. 829, aan explootkosten en Afl. 1.500, aan salaris van de gemachtigde;
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 23 september 2015 in aanwezigheid van de griffier.