ECLI:NL:OGEAA:2015:433

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
21 oktober 2015
Publicatiedatum
2 november 2015
Zaaknummer
A.R. no. 262 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • Y. Vanwersch
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling door ABN AMRO Bank N.V. tegen X

In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft ABN AMRO Bank N.V. (hierna: ABN AMRO) een vordering ingesteld tegen X, die in persoon procedeerde. De procedure begon met een tussenvonnis op 26 augustus 2015, gevolgd door een comparitie van partijen op 7 september 2015, waarbij ABN AMRO werd vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. M.W.A. van der Gulik. De gedaagde, X, is niet verschenen op de comparitie.

ABN AMRO vorderde bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad de veroordeling van X tot betaling van een bedrag van € 14.695,65, inclusief incassokosten en rente. X voerde in zijn conclusie van antwoord mondeling verweer en bood tegenbewijs aan, maar zijn verweer werd als onvoldoende gemotiveerd verworpen, aangezien hij niet verschenen was en zijn verweer niet nader onderbouwd had.

De rechter oordeelde dat het gevorderde bedrag toewijsbaar was, met uitzondering van de gevorderde incassokosten en rente tot en met 19 november 2014, die als inbegrepen in de hoofdvordering werden afgewezen. De rechter veroordeelde X tot betaling van het bedrag van € 14.695,65, vermeerderd met rente, en verklaarde de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad. Tevens werd X veroordeeld in de kosten van het geding, die op AWG 2.096,40 werden begroot, inclusief griffierecht, deurwaarderskosten en salaris van de gemachtigde. Het vonnis werd uitgesproken op 21 oktober 2015.

Uitspraak

Vonnis van 21 oktober 2015
Behorend bij A.R. no. 262 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ABN AMRO BANK N.V., gevestigd te Nederland,
EISERES,
hierna ook te noemen: ABN AMRO,
gemachtigde: de advocaat mr. M.W.A. van der Gulik,
tegen:
X, wonende te Aruba,
GEDAAGDE,
hierna ook te noemen: X,
procederende in persoon.

1.DE PROCEDURE

Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 26 augustus 2015;
- de comparitie van partijen gehouden op 7 september 2015 waarbij eiseres door mr. A. De Bie occuperende voor haar gemachtigde voornoemd is verschenen. Gedaagde is niet verschenen.
Vervolgens is vonnis bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
ABN AMRO vordert - bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad - veroordeling van X tot betaling van het bedrag van € 14.695,65, zijnde de hoofdsom vermeerderd met incassokosten en de rente verschenen tot en met 19 november 2014, te vermeerderen met 14,93% rente per jaar over € 342,96 en 10,28% rente per jaar over €9.547,81, althans met contractuele rente over €9.890,77 vanaf 20 november 2014, alsmede in de kosten van het geding.
3.2
X voert in zijn conclusie van antwoord mondeling verweer en biedt tegenbewijs aan.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ter comparitie is gedaagde, alhoewel deugdelijk opgeroepen, niet verschenen en heeft hij zijn verweer niet nader onderbouwd, zodat dit als onvoldoende gemotiveerd betwist verworpen wordt.
4.2
Het gevorderde bedrag is toewijsbaar, nu dit niet voldoende is weersproken, met dien verstande dat de gevorderde incassokosten en de gevorderde rente over de hoofdsom tot en met 19 november 2014 wordt afgewezen, nu deze zijn inbegrepen in de hoofdvordering.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
5.1
veroordeelt X tot betaling aan ABN AMRO het bedrag van € 14.695,65, te vermeerderen met 14,93% rente per jaar over € 342,96 en 10,28% rente per jaar over €9.547,81 vanaf 20 november 2014 tot de dag waarop volledig zal zijn betaald;
5.2
verklaart de veroordeling in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.3
veroordeelt X in de kosten van het geding aan de zijde van ANB AMRO tot op heden begroot op AWG 2.096,40, waarvan Afl. 750,00 griffierecht, Afl. 221,40 deurwaarderskosten en Afl. 1.125,00 salaris gemachtigde;
5.4
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y. Vanwersch, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 21 oktober 2015 in aanwezigheid van de griffier.