ECLI:NL:OGEAA:2015:436

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
21 oktober 2015
Publicatiedatum
2 november 2015
Zaaknummer
A.R. 3064 van 2014
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen verstekvonnis in civiele procedure over contractuele aansprakelijkheid

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 21 oktober 2015 uitspraak gedaan in een verzetprocedure tegen een verstekvonnis van 29 oktober 2014. De opposanten, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. R.A. Wix, hebben verzet aangetekend tegen de veroordeling tot betaling van Afl. 39.148,50, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De geopponeerden, Y c.s., vertegenwoordigd door mr. D. Canwood, hebben de vordering onderbouwd met een schriftelijke verklaring van X, waarin hij erkent tekort te zijn geschoten in de nakoming van de renovatieovereenkomst.

De procedure omvatte verschillende stukken, waaronder het inleidende verzoekschrift, het verstekvonnis, de eis in oppositie en de conclusie van antwoord. De feiten tonen aan dat X c.s. aansprakelijk zijn gesteld voor de schade die voortvloeide uit hun tekortkomingen in de uitvoering van het contract. De rechter heeft vastgesteld dat de schade voldoende feitelijk is onderbouwd door een rapport van een architectenbureau, dat de tekortkomingen en de bijbehorende kosten in kaart heeft gebracht.

De rechter heeft geoordeeld dat het verzet ongegrond is, omdat de opposanten niet voldoende bewijs hebben geleverd voor hun stellingen. Het verstekvonnis is bekrachtigd, en X c.s. zijn veroordeeld in de kosten van het verzet, begroot op Afl. 1.800,00 voor het salaris van de gemachtigde. Deze uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijsvoering in civiele procedures en de gevolgen van het niet naleven van contractuele verplichtingen.

Uitspraak

Vonnis van 21 oktober 2015
Behorend bij A.R. 3064 van 2014
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de verzetzaak van:
de naamloze vennootschap
1. de naamloze vennootschap,

2. de heer X

opposanten,
domicilie kiezende te Aruba ten kantore van hun gemachtigde
hierna ook te noemen: N.V.resp. X wanneer gedaagden afzonderlijk dan wel X c.s. wanneer zij tezamen worden bedoeld,
gemachtigde: de advocaat mr. R.A. Wix, gedesisteerd op 8 september 2015
tegen:
Y
Z,
geopponeerde,
domicilie kiezende te Aruba ten kantore van hun gemachtigde
hierna ook te noemen: Y c.s.,
gemachtigde: de advocaat mr. D. Canwood.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het inleidende verzoekschrift;
- het verstekvonnis d.d. 29 oktober 2014;
- de eis in oppositie;
- de conclusie van antwoord in oppositie;
- de op de rolzitting van 9 september 2015 aan X c.s. verleende akte niet dienen.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Bij verstekvonnis van 29 oktober 2014 zijn X c.s. veroordeeld tot betaling van een bedrag ad Afl. 39.148,50 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 maart 2014 tot de dag der voldoening alsmede in de kosten van de procedure.
2.2
X c.s. hebben tegen dit vonnis tijdig verzet ingesteld
2.3
Op 11 maart 2014 heeft X de volgende schriftelijke verklaring afgelegd:
‘March 11, 2014
I, X, acknowledge that I have breaches the contract with Z and Y (…) at [adres].
Due to the extreme delay of this renovation project, I X understand and acknowledge that other trade service contractors were hired to complete this project.
I, X understand that I have until Friday march 14, to finish off the rest of the project.’
2.4
X verklaart voorts dat hij ‘de 12 werken’ behorende bij het contract die nog niet zijn uitgevoerd, vóór vrijdag 14 maart 2014 zal uitvoeren, bij gebreke waarvan hij het hiermee corresponderende bedrag zal terug betalen aan Y.
2.5
In opdracht van Y c.s. heeft architectenbureau [bureau] verzocht om het door N.V.afgeleverde werk te evalueren. De bevindingen zijn neergelegd in een rapport d.d. 27 maart 2014. Hieruit volgt dat met de tekortkomingen een bedrag ad fl. 19.976,00 gemoeid is.
2.6
Bij brief van 26 juni 2014 worden X c.s. aansprakelijk gesteld en gemaand om binnen vijf dagen een totaal bedrag van Afl. 39.148,50 te betalen.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
X c.s. vorderen in verzet hen tot goed opposant te verklaren en hen te ontheffen van de veroordelingen in het verstekvonnis, met veroordeling van Y c.s. in de kosten van de procedure.
3.2
X c.s. stelt dat de vordering van Y c.s. niet dan wel onvoldoende feitelijk is onderbouwd.

4.DE BEOORDELING

4.1
Uit de niet weersproken schriftelijke verklaring van X (zie r.o. 2.3 en 2.4. van dit vonnis) volgt dat hij wist dat N.V.jegens Y c.s. toerekenbaar te kort was geschoten in de nakoming van de verplichtingen uit hoofde van de tussen N.V.en Y c.s. tot stand gekomen renovatieovereenkomst. Hoewel de schulderkenning - zonder nadere toelichting die evenwel ontbreekt - niet zonder meer leidt tot persoonlijke aansprakelijkheid van een bestuurder/DGA van een vennootschap, begrijpt het gerecht de stellingen van partijen aldus dat X in persoon een ernstig verwijt gemaakt kan worden, ten gevolge waarvan hij naast zijn vennootschap ook persoonlijk aansprakelijk is.
4.3.
Uit het evenmin weersproken rapport van Architectenbureau [bureau] volgt dat de schade als gevolg van de toerekenbare Afl. 19.976,-- en dat de kosten voor het opstellen van het rapport Afl. 875,00 bedragen. Anders dan X c.s. is het gerecht van oordeel dat de schade in het rapport voldoende feitelijk is onderbouwd, zodat dit deel van de vordering evenals de kosten van het rapport en de wettelijke rente ( want niet weersproken) toewijsbaar zijn.
4.4
Naast de hiervoor vermelde schade maken Y c.s. tevens aanspraak op een bedrag Afl. 18.297,50, zijnde de kosten, die zij nodeloos gemaakt hebben, omdat zij niet op de hoogte waren van het feit dat de woning niet op het afgesproken tijdstip, zijnde 19 augustus 2013, opgeleverd kon worden.
4.5
X c.s. betwisten dat Y c.s niet wisten dat het huis nog niet klaar was. Volgens X c.s. volgt dit ‘uit diverse e-mails’, die evenwel niet in het geding zijn gebracht. Het bewijsaanbod op dit punt wordt evenwel gepasseerd, omdat bewijs ‘verdiend’ dient te worden en niet bedoeld is om een elementair processueel verzuim te herstellen. Nu X c.s. heeft nagelaten de betreffende e-mails over te leggen, wordt het verweer op dit punt als onvoldoende feitelijk onderbouwd verworpen. Dit heeft tot gevolg dat het bedrag ad Afl. 18.297,50 ook toewijsbaar is.
4.6.
Uit het voorgaande volgt dat het verzet ongegrond wordt verklaard en het verstekvonnis bekrachtigd.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
5.1
verklaart het verzet ongegrond;
5.2
bekrachtigt het verstekvonnis van 29 oktober 2014 behorende bij AR 1822 van 2014;
5.3
veroordeelt X c.s. in de kosten van het verzet, aan de zijde van Y c.s. begroot op Afl. 1.800,00 voor salaris gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y.M. Vanwersch, rechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 21 oktober 2015 in tegenwoordigheid van de griffier.