ECLI:NL:OGEAA:2015:475

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
28 oktober 2015
Publicatiedatum
3 november 2015
Zaaknummer
A.R. 2837 van 2013
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige daad en schadevergoeding door bouwactiviteiten in Oranjestad

In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld, vorderde de naamloze vennootschap La Linda N.V. een verklaring voor recht dat MNO c.s. zich schuldig hadden gemaakt aan een onrechtmatige daad jegens haar. La Linda, die een winkel exploiteert in de binnenstad van Oranjestad, stelde dat de grootscheepse renovatiewerkzaamheden in de stad, die rond augustus 2011 begonnen, haar winkel slechter bereikbaar maakten voor klanten en personeel. La Linda vorderde daarnaast een veroordeling van MNO c.s. tot schadevergoeding en vergoeding van proceskosten.

MNO c.s., bestaande uit verschillende vennootschappen en de publiekrechtelijke rechtspersoon Land Aruba, voerden verweer en vroegen om veroordeling van La Linda in de proceskosten. Het gerecht oordeelde dat La Linda onvoldoende had aangetoond wie, wat, wanneer en waarom onrechtmatig had gehandeld, en dat de vordering jegens de verschillende verweerders niet voldoende was onderbouwd. Het gerecht benadrukte dat voor een collectieve aansprakelijkheid van MNO c.s. voldoende bewijs moest worden geleverd van onzorgvuldig handelen.

Uiteindelijk wees het gerecht de vordering van La Linda af en veroordeelde haar in de proceskosten van MNO c.s. Het vonnis werd uitgesproken op 28 oktober 2015 door rechter W.J. Noordhuizen, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Vonnis van 28 oktober 2015
Behorend bij A.R. 2837 van 2013
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
LA LINDA N.V.,
te Aruba,
hierna ook te noemen: La Linda,
gemachtigde: de advocaat mr. A.A. Ruiz,
tegen:
de naamloze vennootschap
MNO-VERVAT-ARUBA N.V.,
de besloten vennootschap
MNO VERVAT B.V.,
de naamloze vennootschap
beide te Aruba,
hierna ook te noemen: MNO Aruba c.s. respectievelijk MNO Aruba en MNO Vervat,
gemachtigde: de advocaat mr. A.E. Th. Kuster,
de naamloze vennootschap
MANTBRACA CORPORATION N.V.
de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MANTBRACA CORPORATION CARIBBEAN V.B.A.
beide te Aruba,
hierna ook te noemen Mantbraca c.s. respectievelijk Mantbraca en Mantbraca Caribbean,
gemachtigde: de advocaat mr. Z.T.M. Arendsz-Marchena,
de publiekrechtelijke rechtspersoon
LAND ARUBA
te Aruba,
hierna ook te noemen Land Aruba,
gemachtigde: de advocaat mr. J. Sjiem Fat;,
alle tezamen te noemen: MNO c.s.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de conclusie van antwoord zijdens MNO Aruba c.s.;
- de conclusie van antwoord zijdens Mantbraca;
- de akte conclusie van antwoord zijdens Mantbraca Caribbean;
- de conclusie van antwoord zijdens Land Aruba;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek zijdens MNO Aruba c.s.;
- de conclusie van dupliek zijdens Mantbraca;
- de akte conclusie van dupliek zijdens Mantbraca Caribbean;
- de conclusie van dupliek zijdens Land Aruba;
- de akte uitlating producties zijdens La Linda.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
La Linda exploiteert een winkel in de binnenstad van Oranjestad.
2.2
Vanaf ongeveer augustus 2011 werden grootscheepse renovatiewerkzaamheden uitgevoerd in de binnenstad van Oranjestad.
2.3
De winkel van La Linda is daardoor slechter bereikbaar geworden voor haar klanten en personeel.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
La Linda vordert verklaring voor recht dat MNO c.s. zich schuldig hebben gemaakt aan een onrechtmatige daad jegens La Linda met – uitvoerbaar bij voorraad – veroordeling van hen tot betaling van schade, met veroordeling van MNO c.s. tot vergoeding van de proceskosten.
3.2
La Linda grondt de vordering erop dat MNO c.s. onzorgvuldig jegens La Linda hebben gehandeld bij – kort gezegd – de voorbereiding en uitvoering van de verbouwing, verbetering en verfraaiing van de binnenstad van Oranjestad.
3.3
MNO c.s. voeren hiertegen verweer, met vordering tot veroordeling van La Linda in de proceskosten.

4.DE BEOORDELING

4.1.
Het gerecht stelt voorop dat het in rechte betrekken van meerdere verweerders (subjectieve cumulatie) behoudens in het geval dat sprake is van een processueel ondeelbare vordering waarvan hier niet is gebleken niet betekent, dat één enkele procedure gevoerd wordt maar dat er, onder hetzelfde rolnummer, even zoveel procedures gevoerd worden als er verweerders zijn.
4.2.
De onderhavige procedure kenmerkt zich daardoor, dat La Linda in het inleidend verzoekschrift maar ook in de conclusie van repliek door elkaar heen stellingen poneert – waarvan sommige overigens betrekking lijken te hebben op andere winkeliers dan La Linda die de door haar aan haar vordering ten grondslag gelegde onrechtmatigheid moeten adstrueren. Dat is vanuit procedureel oogpunt niet zo bezwaarlijk als aan de vordering ten grondslag wordt gelegd, dat MNO c.s. groepsaansprakelijk zijn voor de door La Linda geleden schade. In de onderhavige zaak wordt dat evenwel niet gesteld noch kunnen de door La Linda aan de vordering ten grondslag gelegde gebeurtenissen de rechtsgrond ambtshalve aanvullend tot die conclusie leiden.
4.3.
De vordering jegens ieder van MNO c.s. moet daarop al afstuiten. Niet voldoende duidelijk gemaakt wordt (bijvoorbeeld) waarom MNO Aruba of Mantbraca Caribbean aansprakelijk zouden zijn voor het door La Linda gestelde feit, dat in de besluitvorming met betrekking tot – kort gezegd – het renovatieproject van de binnenstad van Oranjestad geen bestuursrechtelijke voorprocedure zou hebben plaatsgevonden en geen overleg is geweest tussen belanghebbenden en Land Aruba. Evenzeer blijft onduidelijk waarom (bijvoorbeeld) Land Aruba aansprakelijk is voor het feit dat het hek van de parkeerplaats van La Linda zou zijn beschadigd. Het gevolg daarvan is dat MNO c.s. ieder voor zich ook niet meer dan in algemeenheden verweer kunnen voeren. Anderzijds ziet bijvoorbeeld Mantbraca zich, in algemene termen onder 3.1 van haar conclusie van antwoord, in verband met wijde spectrum aan stellingen van La Linda ten opzichte van alle verweerders, genoodzaakt een beroep te doen op het belang dat alle winkeliers hebben bij een gerenoveerde binnenstad; een argument dat meer bij Land Aruba past en door hem ook gevoerd wordt. Dat MNO c.s. zich grotendeels tot algemene verweren moeten beperken valt hen niet te verwijten.
4.4.
Daarmee wil het gerecht de overlast die, en het omzetverlies dat La Linda mogelijk heeft ondervonden van het renovatieproject niet bagatelliseren. Voor het toewijzen van de gevorderde verklaring voor recht jegens ieder van verweerders voor zich of collectief is echter nodig, dat La Linda voldoende gemotiveerd stelt wie, wat, wanneer en waarom maatschappelijk onzorgvuldig of anderszins onrechtmatig heeft gedaan of nagelaten dat schade heeft veroorzaakt, dan wel waarom een of meer van die gebeurtenissen meebrengt dat MNO c.s. collectief aansprakelijk zijn voor de daardoor geleden schade aan de kant van La Linda. Aan die stelplicht heeft La Linda in onvoldoende mate voldaan.
4.5.
Als de in het ongelijk te stellen partij zal La Linda worden veroordeeld de proceskosten van MNO c.s. te vergoeden.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
wijst het gevorderde af;
veroordeelt La Linda in de kosten van de procedure, die tot de datum van uitspraak aan de kant van MNO Aruba c.s. worden begroot op Afl. 1.800, aan salaris van de gemachtigde, jegens Mantbraca c.s. op Afl. 1.800, aan salaris van de gemachtigde en jegens Land Aruba op Afl. 1.800, aan salaris van de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 28 oktober 2015 in aanwezigheid van de griffier.