Op 3 november 2015 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba een beschikking gegeven in de zaak met EJ nr. 1486 van 2015, waarin het verzoek van de Voogdijraad om de minderjarige X onder toezicht te stellen werd behandeld. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 7 juli 2015 was ingediend. Tijdens het minderjarigenverhoor op 21 september 2015 en de mondelinge behandeling op 22 september 2015 waren de moeder van de minderjarige, vertegenwoordigers van de Voogdijraad en Fundacion Guia Mi aanwezig. De minderjarige X, geboren in 1998 in Aruba, was niet erkend en zijn moeder oefent van rechtswege het gezag over hem uit.
De Voogdijraad heeft in haar rapport aangegeven dat de minderjarige met zedelijke en lichamelijke ondergang wordt bedreigd. Dit leidde tot het verzoek om X onder toezicht te stellen voor de duur van één jaar, met benoeming van Z, werkzaam bij Fundacion Guia Mi, als gezinsvoogdes. Het gerecht heeft de noodzaak van ondertoezichtstelling bevestigd, gezien de bedreigingen waarmee de minderjarige wordt geconfronteerd.
In de beslissing heeft het gerecht X onder toezicht gesteld voor de duur van één jaar, ingaande op de datum van de beschikking, en Z benoemd tot gezinsvoogdes. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Deze uitspraak is gedaan door rechter E.M.D. Angela in aanwezigheid van de griffier.