Uitspraak
1.DE VERDERE PROCEDURE
2.DE VERDERE BEOORDELING
5.DE BESLISSING
Afl. 29.260,00 bruto, zijnde het achterstallig salaris over de periode 27 oktober 2009 tot en met 31 augustus 2014;
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In de zaak tussen verzoekster, wonende te Aruba, en de stichting FUNDACION DESAROYO EDUCATIVO COMUNITARIO (FDEC), heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 17 november 2015 een beschikking gegeven. Verzoekster, die in persoon procedeerde, had een loonvordering ingediend tegen FDEC, die gevestigd is te Aruba. De procedure volgde op een eerdere beschikking van 23 juni 2015, waarin verzoekster de gelegenheid kreeg om haar loonvordering nader te onderbouwen. Op 25 augustus 2015 heeft verzoekster nadere stukken overgelegd, waaronder een overzicht van het sinds 2007 maandelijks te weinig ontvangen salaris en de te weinig ontvangen vakantiebijslag.
FDEC werd in de gelegenheid gesteld om een contra-akte in te dienen, maar heeft dit, ondanks verleend uitstel, niet gedaan. Het gerecht heeft vastgesteld dat de verjaring van de loonvordering is gestuit op 27 oktober 2014, en dat de verjaringstermijn van vijf jaar betekent dat vorderingen die betrekking hebben op de periode vóór 27 oktober 2009 zijn verjaard. De rechter heeft geoordeeld dat het achterstallig salaris over de periode van 27 oktober 2009 tot en met 31 augustus 2014 toewijsbaar is, en dit bedrag is vastgesteld op Afl. 29.260,00 bruto.
Daarnaast is vastgesteld dat de vordering met betrekking tot vakantiegeld over de jaren 2002, 2003 en 2004 eveneens verjaard is. Aangezien FDEC grotendeels in het ongelijk is gesteld, is zij veroordeeld in de kosten van de procedure, bestaande uit het betaalde griffierecht. De rechter heeft de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde afgewezen. Deze beschikking is uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.