In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is op 17 november 2015 uitspraak gedaan in het verzoek tot opheffing van de curatele van verzoekster, die eerder onder curatele was gesteld op 30 juni 2015. De verzoeksters, bijgestaan door hun advocaat mr. M.D. Tromp, hebben op 11 september 2015 een verzoekschrift ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 6 oktober 2015 zijn de verzoeksters en de belanghebbende, vertegenwoordigd door mr. C.F.K.J. Lejuez, verschenen. De rechtbank heeft de ingediende stukken en verklaringen van medische professionals in overweging genomen.
Het verzoek tot opheffing van de curatele is gebaseerd op artikel 1:389 van het Burgerlijk Wetboek. De rechtbank heeft vastgesteld dat de omstandigheden die aanleiding gaven tot de curatele niet meer aanwezig zijn. Dit is onderbouwd door verklaringen van dr. W. Aguilar Rivera en psycholoog D.C. Salcedo, die bevestigen dat verzoekster in staat is haar wil te bepalen. Ondanks de bezwaren van de belanghebbende, die stelde dat verzoekster niet in staat zou zijn om haar bedrijven te runnen, heeft de rechtbank geoordeeld dat er alternatieve oplossingen zijn, zoals het inschakelen van een zaakwaarnemer.
De rechtbank heeft vervolgens besloten om de ondercuratelestelling op te heffen. De beschikking moet binnen 10 dagen na de uitvoerbaarheid worden gepubliceerd in de Landscourant van Aruba en in de dagbladen “DIARIO” en “BON DIA ARUBA”. Deze beslissing is genomen door rechter mr. P.A.H. Lemaire, in aanwezigheid van de griffier.