ECLI:NL:OGEAA:2015:561

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
9 december 2015
Publicatiedatum
21 december 2015
Zaaknummer
A.R. 459 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake overeenkomst van geldlening tussen Eiseres en Gedaagde

In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld, vorderde Eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. N.S. Gravenstijn, een bedrag van Afl. 9.769,56 van Gedaagde. Eiseres stelde dat dit bedrag betrekking had op voorgeschoten notariële kosten die Gedaagde zou moeten terugbetalen op basis van een mondelinge overeenkomst van geldlening. De procedure omvatte verschillende processtukken, waaronder een verzoekschrift en conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De feiten van de zaak tonen aan dat Gedaagde op 14 december 2012 een woning had gekocht van de dochter van Eiseres, Melany Rachell Dirksz. Voorafgaand aan de koopovereenkomst was er communicatie via WhatsApp tussen Eiseres en Gedaagde, waarin afspraken werden gemaakt over de betaling van de notariële kosten. Eiseres sommeerde Gedaagde in een brief van 16 april 2014 om het bedrag terug te betalen, maar Gedaagde weigerde dit en verwees naar de notariële afrekeningen die volgens hem aangaven dat de verkoper de kosten zou dragen. De rechter oordeelde dat er voldoende bewijs was voor de mondelinge overeenkomst van geldlening, ondanks het verweer van Gedaagde. De rechter wees de vordering van Eiseres toe en veroordeelde Gedaagde tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente, en in de kosten van de procedure. Dit vonnis werd uitgesproken op 9 december 2015.

Uitspraak

Vonnis van 9 december 2015
Behorend bij A.R. 459 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
E*,
wonende te Aruba,
hierna ook te noemen: Eiseres,
gemachtigde: de advocaat mr. N.S Gravenstijn,
tegen:
G*
wonende te Aruba,
hierna ook te noemen: gedaagde,
procederend in persoon

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.De feiten

2.1
Gedaagde heeft op 14 december 2012 een woning gekocht van Melany Rachell Dirksz, de dochter van Eiseres.
2.2
Op 29 november 2012, voorafgaande aan de totstandkoming van de koopovereenkomst vond het volgende whatsapp-verkeer tussen partijen plaats:
Om 09.04 uur Eiseres aan Gedaagde: ‘Bon na ta cumpli atrobe cu palabra. Abo a bisa fin di november’
Om 09.20 uur antwoordt Gedaagde;
‘polis no tin nada di bisa paso mi tin nada firma ariba papel cu bo ora mi hanja placa mi lo laga abo sa’.
Om 09.35 schrijft Gedaagde nogmaals: ‘mi no tin nada firma cu bo. Polis no tin nada di bisa paso mi no tin nada firma cu bo ta papia nos a papia’.
Om 13.39 uur schrijft Eiseres aan Gedaagde:
‘Bn tardi Angelo nos ta fin di luna manera bo a palabra cu mi y awo?’.
2.3
In de transportakte is onder meer vermeld dat alle kosten van de overdracht, waaronder mede begrepen de notariskosten, de overdrachtsbelasting en inschrijvingskosten in de openbare registers, voor rekening zijn van de verkoper.
2.4
Op de nota van afrekening van 14 december 2012 gericht aan de verkopende partij, verkoper dochter is onder meer te lezen;

Te betalen notanr
t.b.v. de heer (gedaagde) (kosten verkoper) Afl. 9.769,56’.
2.5
Op de nota van afrekening, gericht aan koper, Gedaagde is onder meer te lezen;

te betalen door verkoper conform de overeenkomst tussen partijen inzake te dragen kosten Afl. 9.769,55’.
2.6
Bij brief d.d. 16 april 2014 sommeert Eiseres Gedaagde een bedrag ad Afl. 9.769,56, zijnde de voorgeschoten notariële kosten terug te betalen.

3.De vordering en het verweer

3.1
Eiseres vordert bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, Gedaagde te veroordelen te betalen een bedrag ad Afl. 9.769,55, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 maart 2015 tot de dag der voldoening, met veroordeling van Gedaagde in de kosten van deze procedure.
3.2
Eiseres baseert deze vordering op een mondelinge overeenkomst tussen haar en Gedaagde, op grond waarvan zij de notariële kosten heeft voorgeschoten en de erkenning van de schuld door Gedaagde in de geciteerde whatsapp berichtjes.
3.3
Gedaagde voert hiertegen verweer.
Hij verwijst naar de afrekeningen van de notaris waaruit volgt dat de notariskosten door de verkoper betaald zouden worden. Voorts stelt hij slechts een overeenkomst met de dochter te hebben.

4.De beoordeling

4.1
Aan de orde is de vraag of tussen partijen een mondelinge overeenkomst van geldlening tot stand is gekomen. Deze vraag wordt bevestigend beantwoord. Hiertoe wordt als volgt overwogen.
4.2
Eiseres heeft onweersproken gesteld dat Gedaagde niet in staat was meer te financieren dan de overeengekomen koopsom ad Afl. 170.000,00. Tevens heeft Eiseres onweersproken gesteld dat Gedaagde niet wenst te betalen, omdat hij zich op verrekening beroept in verband met schade aan de woning. Uit het onweersproken whatsappbericht van 29 november 2013 om 09.04 uur blijkt voorts dat Gedaagde heeft toegezegd om voor eind november 2013 te betalen. Uitgaande van deze aldus vaststaande feiten en in samenhang met de overige evenmin weersproken whatsappberichten, staat het bestaan van een mondelinge overeenkomst van geldlening tussen partijen genoegzaam vast.
4.3
Het verweer van Gedaagde dat hij een overeenkomst heeft gesloten met de dochter van Gedaagde kan hem niet baten, nu dit feit het bestaan van de onderhavige overeenkomst van geldlening niet uitsluit. Dit geldt ook voor vermeldingen op de notariële akte en de nota’s van afrekening, omdat deze opgemaakt worden op basis van door de notaris verkregen informatie. Naar het oordeel van het gerecht was de totstandkoming van de overeenkomst van geldlening tussen partijen in beider belang. Immers, zonder dit ‘voorschieten’ had Gedaagde de woning niet kunnen betalen en had Eiseres deze niet kunnen verkopen. Bovendien volgt uit de whatsappberichten dat Gedaagde bereid was voor eind november 2013 te betalen.
4.4
Uit het voorgaande volgt dat de vordering wordt toegewezen zoals verzocht.
4.5
Gedaagde wordt nu hij in het ongelijk is gesteld in de kosten veroordeeld.

5.De uitspraak

De rechter in dit gerecht:
5.1
veroordeelt Gedaagde tot betaling aan Eiseres van een bedrag van Afl. 9.769,56 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 maart 2015 tot de dag waarop volledig zal zijn betaald;
5.2
veroordeelt Gedaagde in de kosten van de procedure, die tot de datum van uitspraak aan de kant van Eiseres worden begroot op Afl. 450,00 aan griffierecht, Afl. 193,75 aan explootkosten en Afl. 800,00 aan salaris van de gemachtigde;
5.3
verklaart de veroordelingen in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y.M. Vanwersch, rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 9 december 2015 in aanwezigheid van de griffier.