ECLI:NL:OGEAA:2015:566

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
9 december 2015
Publicatiedatum
21 december 2015
Zaaknummer
A.R. nr. 2520 van 2014
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van onbetaalde verzekeringspremie door Boogaard Assurantien N.V. tegen Vereniging van Eigenaren Oasis at Eagle Beach

In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de naamloze vennootschap Boogaard Assurantien N.V. (hierna: Boogaard) een vordering ingesteld tegen de Vereniging van Eigenaren Oasis at Eagle Beach (hierna: Oasis). Boogaard vordert betaling van Afl. 34.825,-- aan onbetaalde verzekeringspremie, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. Oasis heeft verweer gevoerd en stelt dat Boogaard niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar vordering.

De procedure omvatte een verzoekschrift, een conclusie van antwoord, een conclusie van repliek en een conclusie van dupliek. Het Gerecht heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat er geen gronden zijn gesteld die rechtvaardigen dat Boogaard niet-ontvankelijk moet worden verklaard. Het ontvankelijkheidsverweer van Oasis is verworpen. Boogaard heeft gesteld dat zij gevolmachtigd is door Treston Insurance Company (Aruba) N.V. om de vordering in te stellen, maar deze stelling is door Oasis gemotiveerd bestreden.

Het Gerecht heeft Boogaard in de gelegenheid gesteld om de benodigde volmachten bij akte in het geding te brengen, zodat de geldigheid van de volmachten kan worden beoordeeld. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling, waarbij Oasis ook de gelegenheid krijgt om te reageren op de akte van Boogaard. Het vonnis is uitgesproken op 9 december 2015 door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is openbaar gemaakt op 21 december 2015.

Uitspraak

Vonnis van 9 december 2015
Behorend bij A.R. nr. 2520 van 2014
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
BOOGAARD ASSURANTIEN N.V.,
gevestigd in Aruba,
eiseres,
hierna ook te noemen: Boogaard,
gemachtigde: de advocaat mr. M.B. Boyce,
tegen:
de rechtspersoonlijkheid bezittende vereniging
VERENIGING VAN EIGENAREN OASIS AT EAGLE BEACH,
gevestigd in Aruba,
gedaagde,
hierna ook te noemen: Oasis,
gemachtigde: de advocaat mr. M.H.J. Kock.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
-het verzoekschrift, met producties;
-de conclusie van antwoord;
-de conclusie van repliek, met producties,
-de conclusie van dupliek.
1.2
Vonnis is nader bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1
Boogaard vordert dat het Gerecht bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis Oasis veroordeelt:
-om aan Boogaard te betalen Afl. 34.825,-- aan onbetaalde verzekeringspremie, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend vanaf de betaalvervaldatum van de verzekeringsovereenkomst, alsmede te vermeerderen met Afl. 5.710,93 aan buitengerechtelijke incassokosten;
-in de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
2.2
Oasis voert verweer en concludeert dat Boogaard niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het door haar verzochte, althans tot ontzegging daarvan, kosten rechtens.
2.3
Voor zover van belang voor de beslissing worden de stellingen van partijen hierna besproken.

3.DE BEOORDELING

3.1
Er zijn gronden gesteld noch gebleken waaruit volgt dat Boogaard niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het door haar verzochte. Als blijkt dat Boogaard geen vorderingsrecht heeft op Oasis, moet haar rechtsvordering worden afgewezen. Het ontvankelijkheidsverweer van Oasis wordt verworpen.
3.2
Boogaard heeft al dan niet impliciet gesteld dat zij door Treston Insurance Company (Aruba) N.V. (hierna: Treston) is gevolmachtigd om (ook nog per 17 oktober 2014, te weten de dag van indiening van het inleidend verzoekschrift) op eigen naam voor Treston de onderhavige rechtsvordering in te stellen en op eigen naam voor Treston de in hoofdsom gevorderde verzekeringspremie te innen. Die stelling heeft Oasis gemotiveerd bestreden, en staat daarom vooralsnog niet vast. In het licht daarvan en alvorens de overige stellingen van partijen te beoordelen wordt Boogaard in de gelegenheid gesteld om alsnog de hier omschreven (schriftelijke) volmachten bij akte in het geding te brengen (met daarbij een verklaring van Treston (of haar mogelijke rechtsopvolger) dat die volmachten ook nog geldig waren op 17 oktober 2014). Oasis zal vervolgens in de gelegenheid worden gesteld om te reageren op de akte van Boogaard. De zaak zal voor het één en ander worden verwezen naar de rol.
3.3
Voor de goede orde wordt nog overwogen dat iedere in de door partijen te nemen aktes neergelegde stelling die niet ziet op het al dan niet bestaan van bedoelde volmachten buiten beschouwing zal worden gelaten.
3.4
In afwachting van de door partijen te nemen aktes wordt iedere verdere beslissing aangehouden.

4.DE UITSPRAAK

Het Gerecht:
-stelt Boogaard in de gelegenheid om bij akte te overleggen hetgeen zij blijkens rechtsoverweging 3.2 dient over te leggen, en verwijst de zaak daartoe naar de rolzitting van
20 januari 2016;
-stelt Oasis in de gelegenheid om bij akte te reageren op de door Boogaard te nemen akte, en verwijst de zaak daartoe naar een door de rolrechter nader te bepalen rolzitting;
-houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 9 december 2015 in aanwezigheid van de griffier.