ECLI:NL:OGEAA:2015:609
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G.J. van Muijen
- Rechtspraak.nl
Grondbelasting en belastingplicht bij onroerende zaak in huwelijksgemeenschap
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, staat de belastingplicht voor de grondbelasting centraal. De belanghebbende, een vrouw, is eigenaar van een onroerende zaak die zij samen met haar echtgenoot bewoont. De onroerende zaak is op haar naam geregistreerd, en zij heeft de aanslag grondbelasting ontvangen. De echtgenoot, hoewel hij in gemeenschap van goederen is gehuwd, is niet als genothebbende krachtens zakelijk recht aangemerkt en is daarom niet belastingplichtig. De belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslagen over de jaren 2010 tot en met 2012, waarop de Inspecteur de aanslagen gedeeltelijk heeft verminderd. De belanghebbende is vervolgens in beroep gegaan tegen deze uitspraak op bezwaar. Tijdens de zitting is de kwestie aan de orde gekomen of de vrijstelling van Afl. 60.000 voor de grondbelasting tweemaal had moeten worden toegepast, gezien de huwelijksgoederengemeenschap. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de belanghebbende terecht als genothebbende krachtens zakelijk recht is aangemerkt en dat de vrijstelling slechts eenmaal van toepassing is. De uitspraak van het Gerecht, gegeven op 10 juni 2015, verklaart het beroep ongegrond, en bevestigt dat de Inspecteur de aanslagen correct heeft opgelegd. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het Hof.