ECLI:NL:OGEAA:2016:216
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.J. Noordhuizen
- Rechtspraak.nl
Civiele procedure inzake persoonlijke geldlening en incasso door Island Finance Aruba N.V.
In deze civiele procedure, aangespannen door de naamloze vennootschap Island Finance Aruba N.V., werd de gedaagde, die in persoon procedeerde, geconfronteerd met een vordering tot betaling van een bedrag van Afl. 3.801,27. De zaak betreft een persoonlijke geldlening en de daaropvolgende incasso. Het gerecht in eerste aanleg van Aruba heeft op 17 februari 2016 uitspraak gedaan in deze zaak, die eerder op 9 september 2015 een tussenvonnis kende. In dat tussenvonnis werd overwogen dat het verweer van de gedaagde, dat een effectieve kredietvergoeding van 27,5% wegens strijd met de goede zeden nietig zou zijn, niet opging. Het gerecht oordeelde dat het de rechtsvormende taak van de rechter te buiten gaat om de in alle overeenkomsten toegestane rente te maximeren tot 18% per jaar.
Na het tussenvonnis heeft Island Finance haar vordering verminderd en aangegeven dat er geen boeterente in rekening is gebracht. Het gerecht heeft geoordeeld dat het gevorderde bedrag met wettelijke rente toewijsbaar is, maar heeft de vordering tot uitvoerbaar bij voorraad verklaring afgewezen, gezien het principiële verweer van de gedaagde. De gedaagde werd als de in overwegende mate in het ongelijk gestelde partij aangemerkt en moest de proceskosten van Island Finance vergoeden.
In de uitspraak werd de gedaagde veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente, en werd de gedaagde ook veroordeeld in de kosten van de procedure. Het meer of anders gevorderde werd afgewezen, evenals de reconventionele vordering van de gedaagde.