ECLI:NL:OGEAA:2016:232

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
2 maart 2016
Publicatiedatum
12 april 2016
Zaaknummer
K.G. no. 147 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • A.H.M. van de Leur
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot afgifte van een auto in kort geding met betrekking tot retentierecht

In deze zaak heeft de naamloze vennootschap Constructiebedrijf Goede Bouw N.V. (hierna: Goede Bouw) een kort geding aangespannen tegen de naamloze vennootschap Speed Multi Corporation N.V. h.o.d.n. Speed Car Rental (hierna: Speed Car) met als doel de afgifte van een BMW X5. Goede Bouw vordert dat Speed Car wordt bevolen om de auto aan haar af te geven, onder verbeurte van een dwangsom voor iedere dag dat Speed Car in gebreke blijft. Speed Car heeft verweer gevoerd en stelt dat Goede Bouw niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar vordering.

De procedure heeft plaatsgevonden op 5 februari 2016, waarbij beide partijen zijn verschenen met hun gemachtigden. Het Gerecht heeft de vordering van Goede Bouw beoordeeld en vastgesteld dat er geen gronden zijn om te concluderen dat Goede Bouw niet-ontvankelijk is. Het spoedeisend belang van Goede Bouw is erkend, maar het Gerecht oordeelt dat Goede Bouw als economisch eigenaar van de auto niet bevoegd is om deze op te eisen, omdat de juridische eigenaar niet heeft volmacht gegeven. Het Gerecht verwacht dat in een bodemprocedure de vordering van Goede Bouw zal worden afgewezen.

Uiteindelijk heeft het Gerecht de vordering van Goede Bouw afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten van Speed Car, die zijn begroot op Afl. 1.500,-- aan salaris voor de gemachtigde. Dit vonnis is uitgesproken op 2 maart 2016 door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Vonnis van 2 maart 2016
Behorend bij K.G. no. 147 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in kort geding van:
de naamloze vennootschap
CONSTRUCTIEBEDRIJF GOEDE BOUW N.V.,
gevestigd in Aruba,
eiseres,
hierna ook te noemen: Goede Bouw,
gemachtigden: de advocaat mr. G. de Hoogd,
tegen:
de naamloze vennootschap
SPEED MULTI CORPORATION N.V. h.o.d.n. SPEED CAR RENTAL,
gevestigd in Aruba,
gedaagde,
hierna ook te noemen: Speed Car,
gemachtigde: de advocaat mr. C.J. Hart.

1.DE PROCEDURE

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
-het verzoekschrift, met producties;
-de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling van de zaak ter openbare terechtzitting van vrijdag 5 februari 2016.
1.2
Goede Bouw is verschenen bij haar gemachtigde, die werd vergezeld door mw. Naam 1 (schriftelijk gevolmachtigd door Naam 2 namens Goede Bouw) en Speed Car is verschenen bij haar gemachtigde, die werd vergezeld door mw. Naam 3 (directrice van Speed Car) en dhr. Naam 4 (directeur van Speed Car). De gemachtigden hebben in twee termijnen het woord gevoerd - mede aan de hand van overgelegde pleitnota’s, voorzien van toegelaten producties - en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.
1.3
Vonnis is bepaald op heden.

2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

2.1
Goede Bouw vordert dat het Gerecht bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
a. Speed Car beveelt om uiterlijk twee dagen na betekening van dit vonnis aan Speed Car de litigieuze auto merk BMW type X5 aan Goede Bouw af te (doen) geven;
b. bepaalt dat Speed Car ten behoeve van Goede Bouw een dwangsom verbeurt van Afl. 1.000,-- voor iedere dag dat Speed Car ingebreke blijft om aan dit vonnis te voldoen;
c. Speed Car veroordeelt in de proceskosten.
2.2
Speed Car voert verweer, en concludeert dat Goede Bouw niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het door haar verzochte, althans tot afwijzing daarvan, kosten rechtens.
2.3
Voor zover van belang voor de beslissing worden de stellingen van partijen hierna besproken.

3.DE BEOORDELING

3.1
Er zijn gronden gesteld noch gebleken waaruit volgt dat Goede Bouw niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het door haar verzochte. Het ontvankelijkheidsverweer van Speed Car wordt daarom verworpen.
3.2
Het spoedeisend belang van Goede Bouw bij haar vorderingen volgt uit de aard van die vorderingen.
3.3
Goede Bouw heeft onbestreden gesteld economisch eigenaar te zijn van de auto BMW X5 (hierna verder te noemen: de auto). Vast staat tussen partijen dat de auto bij de garage van Speed Car is gebracht. In dat verband stelt Speed Car dat zij in opdracht van een zekere Naam 5 (die zich voordeed als eigenaar van de auto) mankementen aan de auto heeft gerepareerd. Tegen die achtergrond beroept Speed Car zich op haar retentierecht ex artikel 3:290 BW om aldus de auto onder zich te houden totdat de gedane reparatie van de auto gemoeid gaande kosten ad Afl. 341,55 volledig zijn voldaan.
3.4
De vraag die thans moet worden beantwoord is of Goede Bouw als economisch eigenaar van de auto oftewel als gebruiker daarvan, bevoegd is die van een ieder die de auto zonder recht houdt, op te eisen. Daargelaten het antwoord op de vraag of Speed Car op goede grond als retentor handelt, moet die vraag naar het voorlopig oordeel van het gerecht ontkennend worden beantwoord, omdat die bevoegdheid alleen toekomt aan de juridisch eigenaar van de auto. Gesteld noch gebleken is overigens dat de juridisch eigenaar van de auto Goede Bouw heeft gevolmachtigd om voor hem de auto op te eisen.
3.5
Bij voormelde stand van zaken valt in een bodemzaak het oordeel te verwachten dat de vordering van Goede Bouw zal worden afgewezen. Dat brengt mee dat de door Goede Bouw thans verzochte voorziening zal worden afgewezen.
3.6
Afweging van de belangen van partijen maakt vorenstaande niet anders, omdat het Gerecht geen zwaarwegender belangen ziet van Goede Bouw bij toewijzing van haar vordering ten opzichte van de belangen van Speed Car bij afwijzing daarvan.
3.7
Goede Bouw zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van Speed Car, tot aan deze uitspraak begroot op Afl. 1.500,-- aan salaris voor de gemachtigde.

4.DE BESLISSING

Het Gerecht, rechtdoende in kort geding:
-wijst af de door Goede Bouw verzochte voorziening;
-veroordeelt Goede Bouw in de kosten van deze procedure gevallen aan de zijde van Speed Car, tot op heden begroot op Afl. 1.500,- aan salaris voor de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op woensdag 2 maart 2016.