ECLI:NL:OGEAA:2016:299

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
20 april 2016
Publicatiedatum
3 mei 2016
Zaaknummer
K.G. nr. 429 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding over huurachterstand en ontruiming van een woning

In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, hebben eisers, een echtpaar wonende te Aruba, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, die sinds 2004 een woning van hen huurt. Gedaagde heeft sinds september 2015 geen huur meer betaald, wat heeft geleid tot een huurachterstand van Afl. 10.400,- per 1 april 2016. Eisers hebben gedaagde op 2 december 2015 gesommeerd om de huurachterstand binnen zeven dagen te voldoen, maar dit is niet gebeurd.

Tijdens de mondelinge behandeling op 24 maart 2016 heeft gedaagde de huurachterstand erkend en aangegeven bereid te zijn de woning aan het einde van april 2016 te ontruimen. Eisers hebben in hun vordering gevraagd om gedaagde te bevelen de woning onmiddellijk te ontruimen, met een dwangsom van Afl. 500,- per dag bij niet-nakoming, en om gedaagde te veroordelen tot betaling van de achterstallige huur.

De rechter heeft geoordeeld dat eisers geen machtiging nodig hebben om de ontruiming zelf te bewerkstelligen, aangezien de deurwaarder bevoegd is om de ontruiming uit te voeren. De rechter heeft gedaagde veroordeeld om binnen zeven dagen na betekening van het vonnis de woning te ontruimen en de sleutel aan eisers te overhandigen. Daarnaast is gedaagde veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en de kosten van de procedure. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Vonnis in kort geding van 20 april 2016
Behorend bij K.G. nr. 429 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS IN KORT GEDING
in de zaak van:
wonende te Aruba,
EISERS,
gemachtigde: Eisers,
tegen:
Gedaagde,
wonende te Aruba,
GEDAAGDE, hierna ook te noemen: Gedaagde,
procederend in persoon.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met producties, ingediend op 3 maart 2016;
  • de aantekeningen van griffier ter gelegenheid van de mondelinge behandeling op 24 maart 2016, waaruit blijkt dat zijn verschenen eiseres 1 bij haar gemachtigde, eiser 2 bijgestaan door zijn gemachtigde en Gedaagde in persoon.
Aan partijen is meegedeeld dat vandaag vonnis zou worden gewezen.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Gedaagde huurt vanaf 2004 van eisers de woning gelegen aan de (Adres) in Aruba. De huurprijs bedraagt Afl. 1.300,- per maand.
2.2
Gedaagde heeft vanaf september 2015 geen huur meer aan eisers betaald. De huurachterstand beloopt per 1 april 2016 Afl. 10.400,-.
2.3
Op 2 december 2015 hebben eisers Gedaagde gesommeerd de huurachterstand te voldoen binnen zeven dagen.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
Eisers vorderen Gedaagde te bevelen, in kort geding bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, onmiddellijk na betekening van het in dezen te wijzen vonnis het gehuurde te ontruimen met alle daarin aanwezige personen en goederen en de woning met afgifte van de sleutels ter vrije beschikking van eisers stellen, onder verbeurte van een dwangsom van Afl. 500,- per dag indien Gedaagde nalaat om aan het bevel te voldoen, met machtiging aan eisers om indien Gedaagde met de ontruiming in gebreke blijft, deze zelf te doen bewerkstelligen, desnoods met behulp van de sterke arm, met veroordeling van Gedaagde tot betaling van een bedrag van Afl. 5.200,- plus de kosten en de wettelijke rente berekend vanaf 7 december 2015.
3.2
Gedaagde voert hiertegen geen verweer en erkent de vordering. Gedaagde geeft aan het gehuurde eind april 2016 te zullen ontruimen.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling heeft Gedaagde de huurachterstand erkend en heeft zij verklaard bereid te zijn het gehuurde aan het einde van de maand april te ontruimen en leeg op te leveren.
4.2
Uit het eerste lid van artikel 556 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba (hierna: Rv.) volgt dat eisers de ontruiming niet zelf ter hand mag nemen, en dat gedwongen ontruiming het exclusieve terrein is van de deurwaarder. Eisers hebben voldoende aan dit vonnis om de deurwaarder te mogen inschakelen als Gedaagde niet vrijwillig tot nakoming van de uit dit vonnis voortvloeiende verplichting tot ontruiming overgaat. In het licht daarvan hebben eisers dus geen machtiging nodig om de ontruiming zelf te doen bewerkstelligen. Voorwaarde is dat het ontruimings-vonnis door de deurwaarder aan Gedaagde wordt betekend, en dat aan Gedaagde overeenkomstig het bepaalde in artikel 555 Rv. bevel wordt gedaan om binnen zeven dagen te ontruimen. De deurwaarder op zijn beurt behoeft geen rechterlijke machtiging om bevoegd te zijn de hulp van de sterke arm van politie en justitie in te roepen indien Gedaagde medewerking aan de ontruiming weigert. Die bevoegdheid ontleent de deurwaarder immers rechtstreeks aan artikel 557 Rv., waarin artikel 444 Rv. van overeenkomstige toepassing wordt verklaard. Voorziet de deurwaarder problemen, dan kan hij op voet van (strekking en geest van) de Algemene Politieverordening - zonder dat daartoe rechterlijke machtiging nodig is - bijstand van de politie inroepen. In het licht van het voorgaande hebben eisers geen belang bij de verzochte machtiging.
4.3
Eisers vorderen tevens een bedrag ad Afl. 5.200,- aan achterstallige huurpenningen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 december 2015 tot aan de dag van voldoening. Dit is toewijsbaar aangezien Gedaagde vanaf 9 december 2015 in verzuim is. Het spreekt voor zich dat Gedaagde gehouden is de overeengekomen huur te voldoen, tot en met de dag dat zij het gehuurde heeft ontruimd.
4.4
De wettelijke rente is niet toewijsbaar over de verschuldigde huur vanaf januari, nu Gedaagde niet in verzuim is.
4.5
Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van het geding.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht, recht doende in kort geding:
5.1
veroordeelt Gedaagde om binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis de woning en het perceel aan de (Adress) te ontruimen, met alle daarin aanwezige personen en zaken tenzij deze zaken van Gedaagde zijn, en de sleutel af te geven aan eisers,
5.2
veroordeelt Gedaagde tot betaling van:
- een bedrag van Afl. 5.200,- wegens huurachterstand, vermeerderd met de wettelijk rente vanaf 9 december 2015,
- een bedrag van Afl. 5.200,- zijnde de verschuldigde huur over de maanden januari, februari, maart en april 2016,
5.3
veroordeelt Gedaagde in de kosten van de procedure, aan de zijde van eisers begroot op Afl. 900,- aan griffierecht en Afl. 723,48 aan verschotten,
5.4
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.5
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Y.M. Vanwersch, rechter, en werd door rechter mr. P.A.H. Lemaire uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 20 april 2016 in aanwezigheid van de griffier.