ECLI:NL:OGEAA:2016:321

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
11 mei 2016
Publicatiedatum
17 mei 2016
Zaaknummer
A.R. 1958 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • P.W. van Schendel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst en ontruiming van gehuurde woning

In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de eiser, FUNDACION CAS PA COMUNIDAD ARUBANO (FCCA), een vordering ingediend tegen de gedaagde, die in persoon procedeerde. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 2 september 2015 werd ingediend, gevolgd door een mondelinge reactie van de gedaagde op 7 oktober 2015 en een conclusie van repliek van FCCA op 25 november 2015. De zaak werd vervolgens verwezen naar de rol voor vonnis, dat op 11 mei 2016 werd uitgesproken.

De kern van de zaak betreft een huurovereenkomst tussen FCCA en de gedaagde, waarbij de gedaagde in gebreke is gebleven met de betaling van de huur. FCCA vorderde de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde pand, alsook betaling van achterstallige huur. De gedaagde erkende een huurachterstand, maar betwistte het gevorderde bedrag, stellende dat haar maandelijkse huur lager was door huursubsidie.

De rechter oordeelde dat de vorderingen van FCCA, die niet betwist waren, toegewezen moesten worden. De rechter ontbond de huurovereenkomst en veroordeelde de gedaagde om het gehuurde binnen een maand te ontruimen, alsook om achterstallige huur te betalen, vermeerderd met wettelijke rente. De gedaagde werd ook veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis werd uitgesproken door mr. P.W. van Schendel op 11 mei 2016.

Uitspraak

Vonnis van 11 mei 2016
Behorend bij A.R. 1958 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
FUNDACION CAS PA COMUNIDAD ARUBANO, gevestigd in Aruba,
hierna ook te noemen: FCCA,
gemachtigde: de advocaat mr. W.G.T.M. Kloes,
tegen:
Gedaagde, wonende in Aruba,
hierna ook te noemen: Gedaagde,
procederend in persoon.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met producties, ingediend ter griffie op 2 september 2015;
  • Het mondelinge antwoord van Gedaagde d.d. 7 oktober 2015;
  • de conclusie van repliek d.d. 25 november 2015;
  • de ter rolzitting van 10 februari 2016 tegen Gedaagde verleende akte van niet dienen van dupliek.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis, dat nader is bepaald op heden.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

Tussen partijen is, voor zover hier van belang, als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende weersproken, het volgende komen vast te staan.
2.1
Gedaagde huurt van FCCA een woonhuis, te weten het in Aruba te [adres] gelegen perceel en het daarop gebouwde (hierna: het gehuurde).
2.2
Gedaagde is in gebreke gebleven met de volledige betaling van de huur.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
FCCA vordert dat het Gerecht bij - uitvoerbaar bij voorraad - te verklaren vonnis:
- de tussen partijen gesloten huurovereenkomst ontbindt, althans voor recht verklaart dat die huurovereenkomst is ontbonden;
- Gedaagde beveelt om het door haar van FCCA gehuurde, binnen één maand na dit vonnis te ontruimen met alle personen en goederen die zich aldaar bevinden;
- Gedaagde veroordeelt om aan FCCA te betalen Afl. 5.842,50 aan achterstallige huur per 31 juli 2015, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend vanaf de dag der dagvaarding tot aan de algehele voldoening, alsmede te vermeerderen met Afl. 665,-- per maand voor iedere maand dat Gedaagde het gehuurde niet heeft ontruimd;
- Gedaagde veroordeelt in de proces- en deurwaarderskosten.
3.2
FCCA grondt de vordering erop dat Gedaagde tekortgeschoten is in de betaling van de huur.
3.3
Gedaagde voert hiertegen verweer.

4.DE BEOORDELING

4.1
Gedaagde heeft bij conclusie van antwoord aangevoerd dat zij wel een huurachterstand heeft, maar dat zij het gevorderde bedrag niet schuldig is. Daarbij heeft zij gesteld dat het bedrag dat zij maandelijks aan huur verschuldigd is geen Afl. 600,-- bedraagt, maar ongeveer Afl. 200,--, omdat zij huursubsidie ontvangt.
FCCA heeft bij conclusie van repliek het verweer van Gedaagde gemotiveerd weersproken en met producties onderbouwd. Haar stellingen komen erop neer dat de huur Afl 650,-- per maand bedraagt en dat weliswaar juist is dat Gedaagde huursubsidie krijgt, maar dat dit de verschuldigdheid van de overeengekomen huurprijs onverlet laat. Dit laatste vindt bevestiging in de als productie 2 bij het verzoekschrift overgelegde specificatie van de huurachterstand waarin is opgenomen welke de verschuldigde huurtermijnen zijn, welke betalingen Gedaagde heeft gedaan en hoe hoog de door haar genoten huursubsidie is.
Gedaagde heeft geen conclusie van dupliek genomen en het door FCCA bij conclusie van repliek gestelde dus niet weersproken. Dit brengt met zich mee dat de juistheid van hetgeen door FCCA bij conclusie van repliek is gesteld, vast komt te staan.
4.2
De vorderingen van FCCA die voor het overige niet zijn betwist en op de wet zijn gegrond zullen derhalve worden toegewezen. Dat geldt niet voor de termijn van ontruiming. Daarover wordt geoordeeld als in het dictum te melden.
4.3
Gedaagde wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van de procedure.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
- ontbindt de tussen partijen gesloten huurovereenkomst per heden;
- veroordeelt Gedaagde om binnen een maand na betekening van dit vonnis het gehuurde te [adres] te ontruimen met alle daarin bevindende personen en
goederen;
- veroordeelt Gedaagde om aan FCCA te betalen Afl. 5.842,50 aan achterstallige huur per 31 juli 2015, te vermeerderen met wettelijke rente gerekend vanaf de dag van indiening van het verzoekschrift tot de dag waarop volledig zal zijn betaald, alsmede te vermeerderen met Afl. 665,-- per maand voor elke maand na 1 augustus 2015 zolang Gedaagde de woning niet heeft ontruimd;
- veroordeelt Gedaagde in de kosten van de procedure, die tot de datum van uitspraak aan de kant van FCCA worden begroot op Afl. 1.350,- aan griffierecht, Afl. 220,60 aan explootkosten en Afl. 800,- aan salaris van de gemachtigde;
- verklaart de veroordelingen, behalve de veroordeling tot ontbinding, in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.W. van Schendel rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 11 mei 2016 in aanwezigheid van de griffier.