Uitspraak
1.DE VERDERE PROCEDURE
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
4.DE VERDERE BEOORDELING
5.DE UITSPRAAK
woensdag 8 juni 2016 om 08:30 uurvoor conclusie van repliek zijdens Eiseres;
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze civiele procedure, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is een geschil ontstaan tussen Eiseres en Gedaagde over een geldleningsovereenkomst. Eiseres heeft op 4 april 2014 een bedrag van Afl. 5.000,- geleend aan Gedaagde, die verplicht was dit bedrag binnen zes maanden terug te betalen. Eiseres vordert nu betaling van het geleende bedrag, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, omdat Gedaagde zijn terugbetalingsverplichting niet is nagekomen. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat hij aan zijn verplichtingen heeft voldaan.
De procedure is gestart met een verzoekschrift op 15 september 2015, gevolgd door een verweerschrift op 4 januari 2016. De zaak is meerdere keren aangehouden en Eiseres is niet verschenen bij de rolzittingen. Op 23 maart 2016 is er ten onrechte akte niet-dienen verleend, omdat Eiseres niet op de hoogte was van haar verplichting om een conclusie van repliek in te dienen. De rechter heeft geoordeeld dat Eiseres niet in de gelegenheid is gesteld om haar standpunt verder toe te lichten en heeft besloten dat er een nieuwe datum moet worden vastgesteld voor de conclusie van repliek.
De uitspraak van de rechter op 11 mei 2016 houdt in dat de zaak opnieuw naar de rolzitting wordt verwezen voor de conclusie van repliek van Eiseres, waarbij iedere verdere beslissing wordt aangehouden. Dit vonnis is uitgesproken door mr. Y.M. Vanwersch in aanwezigheid van de griffier.