ECLI:NL:OGEAA:2016:364

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
4 mei 2016
Publicatiedatum
7 juni 2016
Zaaknummer
A.R. 542 van 2015
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid en bewijsvoering in geschil over nummerplaatregistratie

In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is de naamloze vennootschap Aruba Handelsmaatschappij N.V. (hierna: ATC) in beroep gegaan tegen een verstekvonnis van 5 juni 2013. ATC stelt dat zij niet-ontvankelijk is in het verzet wegens overschrijding van de termijn, maar voert aan dat er maandenlang onderhandelingen hebben plaatsgevonden over een schikking waarbij het vonnis ter sprake kwam. De rechter heeft ATC opgedragen bewijs te leveren dat de gedaagde op de hoogte was van de verplichting om medewerking te verlenen aan de registratie van een nummerplaat op naam van ATC. De rechter heeft tevens aangegeven dat partijen zich moeten voorbereiden op getuigenverhoren en dat de gedaagde persoonlijk moet verschijnen. Het gerecht heeft de partijen erop gewezen dat het horen van een te groot aantal getuigen in strijd kan komen met de goede procesorde. De uitspraak van de rechter laat ATC toe om door middel van getuigen te bewijzen dat de gedaagde op de hoogte was van de verplichting uit het vonnis van 5 juni 2013. De zitting voor het getuigenverhoor is gepland op een nader te bepalen datum in 2016, waarbij partijen hun bewijsstukken uiterlijk een week voor het verhoor moeten overleggen. Het gerecht houdt verdere beslissingen aan.

Uitspraak

Vonnis van 4 mei 2016
Behorend bij A.R. 542 van 2015
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ARUBA HANDELSMAATSCHAPPIJ N.V.,
te Aruba,
hierna ook te noemen: ATC,
gemachtigde: de advocaat mr. L.J. Pieters,
tegen:
Gedaagde,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Gedaagde,
gemachtigde: de advocaat mr. A.F.J. Caster.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift;
- het verstekvonnis van 5 juni 2013;
- het verzetschrift;
- de conclusie van antwoord in oppositie;
- de conclusie van repliek in oppositie;
- de akte uitlating productie zijdens ATC.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis.

2.DE ONTVANKELIJKHEID

2.1
ATC doet een beroep op niet-ontvankelijkheid wegens overschrijding van de verzet termijn. Volgens ATC hebben partijen na 5 juni 2013 maandenlang onderhandeld over een schikking waarbij het desbetreffende vonnis ter sprake kwam, omdat de daarin gelaste medewerking om de nummerplaat [nummerplaat] weer op naam van ATC te registreren onderdeel was van de onderhandelingen.
2.2
Ingevolge artikel 84 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) is de gedaagde die bij verstek is veroordeeld bevoegd om daartegen verzet te doen binnen twee weken na, onder meer, het plegen door deze van enige daad waaruit noodzakelijk voortvloeit dat het vonnis hem bekend is. Van een daad van bekendheid als bedoeld in art. 84 Rv is sprake wanneer de veroordeelde enige daad heeft gepleegd waaruit noodzakelijk voortvloeit dat het vonnis aan hem bekend is. Dat is pas het geval als die daad naar buiten — maar niet noodzakelijk tegenover de wederpartij of diens raadsman — is verricht en de hiervoor bedoelde bekendheid daaruit ondubbelzinnig voortvloeit.
2.3
Aan ATC zal daarom bewijs worden opgedragen dat door Gedaagde in de periode van veertien dagen vóór 16 maart 2015 tijdens onderhandelingen over een schikking kenbaar is gemaakt dat zij op de hoogte was van de verplichting om op grond van het vonnis van 5 juni 2013 medewerking te verlenen aan het op naam van ATC registreren van de nummerplaat [nummerplaat].
2.4
Partijen moeten erop voorbereid zijn dat het gerecht op een zitting bepaald voor de getuigenverhoren een mondeling tussenvonnis kan wijzen waarbij een verschijning van partijen op diezelfde zitting wordt bevolen om inlichtingen over de zaak te vragen en om te onderzoeken of partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden. Gedaagde moet in daarom in persoon op de getuigenverhoren verschijnen. ATC is een rechtspersoon en moet dus dan vertegenwoordigd zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en ofwel rechtens ofwel op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen en eventueel een vaststellingsovereenkomst te sluiten. Het gerecht wijst er in dat verband op dat hij op grond van art. 177 lid 3 Rv uit de afgelegde verklaringen, uit het niet-verschijnen, uit een weigering om te antwoorden, dan wel uit een weigering om boeken, bescheiden, andere gegevensdragers of voorwerpen over te leggen zodat dat een gewichtige reden die weigering rechtvaardigt, de gevolgtrekking maken, die hij geraden acht.
2.5
Bij het oproepen van de getuigen moet er rekening mee worden gehouden dat het verhoor van een getuige al gemiddeld 45 minuten duurt als er niet getolkt hoeft te worden. De namen en woonplaatsen van de getuigen en de tijdstippen waartegen zij zijn opgeroepen, dienen, in afwijking van het bepaalde in artikel 10 juncto 9 Procesreglement, tenminste één week voor het verhoor aan de wederpartij en aan de griffier van het gerecht te worden opgegeven.
2.6
Het gerecht wijst partijen erop dat de getuige in beginsel in de Nederlandse taal wordt gehoord en zij zelf voor een tolk moeten zorg dragen die de taal van de te horen getuige en de Nederlandse taal voldoende machtig is. De partij die zelf een tolk meeneemt moet er rekening mee houden dat de rechter in beginsel een tolk die niet beroepshalve tolkt niet accepteert.
In geval de partij die de getuige wenst te horen kosteloos procedeert wordt door het gerecht voor de aanwezigheid van een tolk zorg gedragen. In dat geval dient de desbetreffende partij evenwel veertien dagen voor de voor het verhoor bepaalde dag schriftelijk, per fax of emailbericht aan de griffier te berichten dat de aanwezigheid van een tolk nodig is en welke taal de tolk, naast het Nederlands, machtig moet zijn.
2.7
Het gerecht wijst erop dat het horen van een nodeloos groot aantal getuigen in strijd kan komen met de goede procesorde. Het horen van meer dan vijf getuigen (de partijgetuige daaronder begrepen) acht het gerecht in beginsel in strijd met de goede procesorde. In voorkomend geval zal het gerecht kunnen oordelen dat het horen van een nodeloos groot aantal getuigen gevolg heeft voor de proceskostenveroordeling, waaronder mede begrepen de hoogte van het bedrag waarop die kosten gebruikelijk worden begroot ingevolge het liquidatietarief zoals bekend gemaakt door het Gemeenschappelijk Hof.
2.8
Het gerecht zal iedere verdere beslissing aanhouden.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
laat ATC toe door middel van getuigen te bewijzen dat door Gedaagde in de periode van veertien dagen vóór 16 maart 2015 tijdens onderhandelingen over een schikking kenbaar is gemaakt dat zij op de hoogte was van de verplichting om op grond van het vonnis van 5 juni 2013 medewerking te verlenen aan het op naam van ATC registreren van de nummerplaat [nummerplaat],
bepaalt dat het verhoor zal plaatsvinden op de terechtzitting van vrijdag, [datum] 2016 van 14:00 tot 16:30 in het gerechtsgebouw aan de J.G. Emanstraat nr. 51 te Oranjestad,
bepaalt, in afwijking van het Procesreglement, dat de partij die op dat tijdstip niet kan verschijnen, binnen twee weken na de datum van dit vonnis schriftelijk en gemotiveerd aan het gerecht om een nadere dag- en uurbepaling kan vragen onder opgave van de verhinderdata van alle betrokkenen, waarbij het gerecht verstaat dat de partij aan wier zijde de getuige(n) wordt (worden) gehoord op eerste verlangen, aan de op de eerste door het gerecht voor het verhoor bepaalde datum verhinderde partij, de verhinderdata van de te horen getuigen zal doorgeven, in de drie maanden volgend op het uitstelverzoek,
bepaalt, in afwijking van het Procesreglement, dat alle partijen uiterlijk één week voor het eerste getuigenverhoor alle beschikbare bewijsstukken aan het gerecht en de wederpartij moeten overleggen,
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen rechter in dit gerecht, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 4 mei 2016 in aanwezigheid van de griffier.