Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE VERDERE BEOORDELING
Aan E* zal, conform haar voorstel een vergoeding voor haar werk als executeur-testamentair wordt toegekend, doch alleen over 5% van de huuropbrengsten zoals in het overzicht van E* opgenomen.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, betreft het een geschil over de verdeling van een nalatenschap. De zaak is gestart door E*, die als gemachtigde de advocaat mr. M.M. Malmberg had ingeschakeld, tegen G*, die in persoon procedeerde. De procedure omvatte een tussenvonnis van 27 januari 2016 en een akte van E* van 23 maart 2016, evenals een akte niet-dienen van G*.
Het gerecht heeft in het tussenvonnis aangegeven dat er in een procedure tot verdeling geen ruimte is voor een oordeel over de persoonlijke verhouding tussen de erfgenamen. Het geschil betreft voornamelijk de zakelijke verdeling van de nalatenschap. E* werd gevraagd om aan te geven welke goederen aan welke erfgenaam toebedeeld moesten worden, en wat de waarde van deze goederen was. E* deed een voorstel voor de verdeling, dat door het gerecht werd gevolgd, aangezien er geen verzet was van de andere erfgenamen.
In het vonnis werd de nalatenschap in detail beoordeeld, inclusief de waarde van de activa en passiva. De rechter bepaalde dat de kosten van de verdeling ten laste van de nalatenschap komen, met de voorwaarde dat kosten boven Afl. 20.000 door elke partij zelf gedragen worden. Tevens werd notaris mr. T.R. Johnson benoemd voor het geval partijen niet tot overeenstemming komen over de verdeling.
Het vonnis werd uitgesproken op 8 juni 2016 en bevatte bepalingen over de toedeling van inboedelgoederen aan de erfgenamen, zonder dat zij verplicht waren tot het betalen van een overbedelingsvergoeding. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en in het geval van niet-meewerken door G* zou het vonnis in de plaats treden van een wettige akte tot verdeling van de nalatenschap.