ECLI:NL:OGEAA:2016:406
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot betaling door de Staat der Nederlanden aan G*
In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft de Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, een vordering ingesteld tegen G*, die in persoon procedeerde. De vordering betrof een betaling van € 37.074,69, vermeerderd met incassokosten en rente. De procedure heeft een verloop gekend met een tussenvonnis op 14 oktober 2015, gevolgd door een comparitie van partijen op 13 november 2015 en een voortzetting op 5 februari 2016. Tijdens deze zittingen hebben beide partijen hun standpunten toegelicht en gereageerd op elkaars argumenten.
Het Gerecht heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat er tussen partijen een algehele betalingsregeling is overeengekomen, waarvan niet is gebleken dat G* deze niet nakomt. Deze overeenkomst staat aan de toewijzing van de vordering van de Staat in de weg. Het Gerecht heeft daarom de vordering van de Staat afgewezen. Daarnaast heeft het Gerecht, gezien de minnelijke regeling tussen partijen, besloten om de proceskosten te compenseren, zodat ieder van hen de eigen kosten draagt.
De uitspraak is gedaan op 8 juni 2016 door rechter A.H.M. van de Leur en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.