ECLI:NL:OGEAA:2016:407
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake schuldvordering tussen eiseres en gedaagde
In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiseres E* een vordering ingesteld tegen gedaagde G* met betrekking tot een schuldvordering. E* verzocht het Gerecht om G* te veroordelen tot betaling van Afl. 5.949,48, vermeerderd met 15% aan incassokosten en wettelijke rente vanaf 12 december 2013. G* voerde verweer en stelde dat E* niet-ontvankelijk moest worden verklaard in haar verzoek.
Het Gerecht heeft de procedure beoordeeld en vastgesteld dat er geen gronden zijn gesteld die de niet-ontvankelijkheid van E* rechtvaardigen. Het verweer van G* werd verworpen. De vordering van E* werd toegewezen, omdat de door haar opgeworpen stellingen niet of niet nader bestreden waren door G*. De gevorderde wettelijke rente en de ingangsdatum daarvan werden eveneens toegewezen.
Echter, de vordering van E* ter zake van vergoeding van kosten van verkrijging van voldoening buiten rechte werd afgewezen, omdat niet was aangetoond dat partijen hiervoor een overeenkomst hadden gesloten. G* werd als in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van de procedure, begroot op Afl. 50,--. Het vonnis werd uitgesproken op 8 juni 2016 door mr. A.H.M. van de Leur, rechter, en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.