Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
In conventie
3.DE BEOORDELING
In conventie
berekeningvan het pensioen door Eiseres op basis van het in deze brief toegekende pensioen is als zodanig niet door Kundalini betwist. Kundalini heeft zich verweerd met de stelling dat zij op haar balans onvoldoende heeft gereserveerd om de toezegging gestand te doen. Dat nu is evenwel geen omstandigheid die zij aan Eiseres kan tegenwerpen. Het pensioen is uitgedrukt als percentage van de pensioengrondslag en niet van de feitelijke voorziening op de balans van Kundalini. Er is in de pensioenbrief onder het kopje “Wijziging van de pensioenregeling” wel een clausule opgenomen waarin de werkgever zich het recht voorbehoudt de pensioenregeling te wijzigen, indien onverminderde voortzetting de continuïteit van de onderneming in gevaar brengt. Kundalini beroept zich thans wel op een zodanige omstandigheid, maar uit de stellingen van partijen blijkt dat de pensioenregeling in feite niet werd gewijzigd noch werd de pensioenbrief, zoals de genoemde clausule in geval van wijziging voorschrijft, door een nieuwe vervangen (onder andere op dit punt wijkt de onderhavige zaak dan ook relevant af van jurisprudentie waarnaar Kundalini in haar processtukken verwijst). De pensioenbrief waarop Eiseres zich beroept, is derhalve onverminderd geldig. Dat de onderneming onvoldoende heeft gereserveerd is een factor die voor haar rekening dient te blijven. Dit leidt ertoe dat Eiseres aanspraak kan maken op de door haar gevorderde bedragen. Van gedeeltelijke afkoop van het pensioen is niet gebleken. Eiseres heeft de gestelde afkoop ontkend en wijst er terecht op dat de stukken die Kundalini heeft overgelegd ter staving van haar verweer slechts betrekking hebben op het pensioen van de directeur-groot aandeelhouder [naam directeur]. Eiseres heeft nimmer een dergelijke positie bekleed en van afkoop is niet gebleken.