Uitspraak
1.De procedureHet verloop van de procedure blijkt uit:
25 augustus 2016, waar de gemachtigden van partijen het woord hebben gevoerd aan de hand van de overgelegde pleitnotities en waar zij op elkaars stellingen hebben gereageerd.
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak, die op 8 september 2016 werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, vorderde eiseres, een peuterleidster, dat haar werkgever, de stichting FUNDACION SKOL DI HUNGA CHIKITIN BIN BIN, haar loon zou doorbetalen na een ontslag op staande voet. Eiseres was sinds 8 januari 2011 in dienst en was op 10 juni 2016 ontslagen omdat de werkgever stelde dat zij zonder toestemming op vakantie was gegaan. Eiseres betwistte de geldigheid van het ontslag en voerde aan dat zij toestemming had gekregen voor onbetaald verlof. De werkgever daarentegen stelde dat er geen verlof was verleend en dat eiseres een uitdrukkelijk verbod had genegeerd.
Tijdens de mondelinge behandeling werd duidelijk dat eiseres op 13 mei 2016 om onbetaald verlof had gevraagd, maar dat dit niet was goedgekeurd. Het gerecht oordeelde dat de werkgever een redelijk beleid had ten aanzien van verlof en dat eiseres, door zonder toestemming op vakantie te gaan, in strijd handelde met de regels. De rechter concludeerde dat het ontslag op staande voet gerechtvaardigd was, omdat eiseres op de hoogte was van het beleid en geen zwaarwegende redenen had om extra verlof aan te vragen. De vordering van eiseres werd afgewezen en zij werd veroordeeld in de proceskosten van de werkgever.