Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
4.DE BEOORDELING
hinderheeft moeten dulden. Partijen verschillen van mening over de aard en ernst van deze hinder. Zonder in te gaan op de details van de gestelde hinder, dient te worden aangenomen dat Blossoms gedurende de tijd dat AHE het hotel renoveerde, de nodige ongemakken diende te gedogen. Op grond van het bepaalde in artikel 7A:1572 lid BWA geldt naar analogie, dat indien de renovatie langer dan 40 dagen zou gaan duren, de huurprijs evenredig met de duur en de ernst van de hinder diende te worden verminderd. Vast staat dat Blossoms gedurende de hele renovatie géén huur verschuldigd is geweest, zodat AHE op dit punt geen verwijt treft. Daar komt bij dat AHE bereid was om in te stemmen met een voortijdige contract beëindiging, zodat Blossoms vrij was de exploitatie van haar restaurant elders voort te zetten. Indien Blossoms hiermee in zou hebben gestemd, was AHE bereid om een bijdrage te leveren in de verhuiskosten en ook was zij bereid om gedurende vier maanden de nieuwe huurprijs van Blossoms te voldoen. Ook in dit opzicht kan AHE niet verweten worden dat zij zich onredelijk op heeft gesteld. Blossoms vergeet dat zij een ondernemingsrisico heeft en dat een ieder in beginsel zijn eigen schade draagt.