Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
in conventie
3.DE BEOORDELING
in conventie en in reconventie
4.DE BESLISSING
maandag 28 november 2016 om 09:00 uur;
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze civiele procedure, die op 2 november 2016 werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, stonden E* en G* tegenover elkaar in een geschil over een aannemingsovereenkomst. E* had G* ingehuurd voor de bouw van een woning in Aruba, maar stelde dat G* tekort was geschoten in de nakoming van de overeenkomst. E* vorderde schadevergoeding van G* op grond van onrechtmatige daad, omdat G* volgens E* de woning niet deugdelijk had opgeleverd en schade had veroorzaakt door het wegnemen van materialen en het beschadigen van de woning.
De procedure begon met een inleidend verzoekschrift en omvatte verschillende conclusies van partijen. E* vorderde een bedrag van Afl. 20.790,--, vermeerderd met wettelijke rente, en G* voerde verweer. G* vorderde in reconventie een bedrag van Afl. 65.200,-- van E*, maar dit werd door E* betwist.
Het Gerecht oordeelde dat G* toerekenbaar tekort was geschoten in de nakoming van zijn contractuele verplichtingen. Het Gerecht verwierp het ontvankelijkheidsverweer van G* en oordeelde dat G* schadevergoeding moest betalen aan E* voor de onrechtmatige daad, waaronder de kosten voor het herstellen van de beschadigde plafondplaten en de stoppenkast. G* werd in de gelegenheid gesteld om tegenbewijs te leveren tegen het voorshandse oordeel van het Gerecht dat hij verantwoordelijk was voor de schade aan de plafondplaten. De zaak werd aangehouden voor bewijslevering en verdere conclusies van partijen.