ECLI:NL:OGEAA:2016:883

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
7 december 2016
Publicatiedatum
9 januari 2017
Zaaknummer
AR no. 1800 van 2010
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Deskundigenonderzoek naar onrechtmatige handelingen van gedaagde in dienstverband

In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is eiser Easy Cargo, vertegenwoordigd door advocaat mr. R. Marchena, in geschil met gedaagde, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.J.M. Lotter Homan. De zaak betreft een deskundigenonderzoek naar de onrechtmatige handelingen van gedaagde, die tijdens zijn dienstverband cheques van Easy Cargo niet volledig heeft gedeponeerd en geld heeft verduisterd. De procedure is gestart met een tussenvonnis op 24 augustus 2016, waarin een comparitie van partijen is gelast, die op 24 oktober 2016 heeft plaatsgevonden. Tijdens deze comparitie hebben beide partijen hun standpunten toegelicht en is er een rapport van A.J.S. Accounting overgelegd, waarin de omvang van het verduisterde bedrag wordt besproken. Gedaagde heeft het rapport bekritiseerd en heeft geen bezwaar gemaakt tegen de benoeming van Compliance & Forensic Services Caribbean N.V. als deskundige.

Het gerecht heeft besloten om Compliance & Forensic Services Caribbean N.V. te benoemen als deskundige om de omvang van het bedrag dat gedaagde zich wederrechtelijk heeft toegeëigend te onderzoeken. De deskundigen zijn opgedragen om hun bevindingen te rapporteren over de periode van 2006 tot en met 2010. De kosten van het onderzoek worden door beide partijen gedeeld, met een voorschot vastgesteld op Afl. 25.000,--. Het gerecht heeft verder bepaald dat partijen verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek en dat zij het procesdossier aan de deskundige moeten overhandigen. De zaak zal opnieuw worden behandeld na ontvangst van het deskundigenrapport, met een parkeerrol op 5 juli 2017 voor verdere procedurele stappen. Het vonnis is uitgesproken door mr. P.A.H. Lemaire op 7 december 2016.

Uitspraak

Vonnis van 7 december 2016.
Behorend bij AR no. 1800 van 2010.
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS in de zaak van:
Eiser h.o.d.n. EASY CARGO,
wonende in Aruba,
EISER,
hierna ook te noemen: Easy Cargo,
gemachtigde: de advocaat mr R. Marchena,
tegen:
Gedaagde,
wonende te Aruba,
GEDAAGDE,
hierna ook te noemen: Gedaagde,
gemachtigde: de advocaat mr E.J.M. Lotter Homan.

1.DE VERDERE PROCEDURE

1.1
Het eerdere verloop van de procedure is weergegeven in het tussenvonnis van 24 augustus 2016. De ingevolge dat vonnis gelaste comparitie van partijen heeft plaatsgevonden op 24 oktober 2016. Eiser en gedaagden zijn toen verschenen bijgestaan door hun gemachtigden. Partijen hebben over en weer het woord gevoerd en hebben gereageerd of kunnen reageren op elkaars stellingen.
1.2
Vervolgens is de datum voor het vonnis nader bepaald op heden.

2.DE VERDERE BEOORDELING

2.1
Vast is komen te staan dat Gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld door gedurende het dienstverband cheques van Easy Cargo niet, althans niet volledig, te deponeren bij de bank en geld heeft verduisterd. Verdeeldheid bestaat nog over de vraag naar de omvang van het bedrag dat Gedaagde zich wederrechtelijk heeft toegeëigend.
2.2
Zoals in punt 2.8 van het tussenvonnis van 24 augustus 2016 is opgenomen heeft eiser een rapport van A.J.S. Accounting overgelegd over de omvang van het bedrag dat gedaagde zich wederrechtelijk zou hebben toegeëigend. Gedaagde heeft dit rapport bekritiseerd en heeft ter comparitie van partijen d.d. 24 oktober 2016 aangegeven geen bezwaar te hebben tegen het voorstel van eiser om Compliance & Forensic Services Caribbean N.V. tot deskundige te benoemen. Nu partijen ter zitting hebben aangegeven nimmer eerder met Compliance & Forencsic Services Caribbean N.V. te hebben gewerkt, zal het gerecht dit bedrijf tot deskundige benoemen.
2.3
Aan de deskundigen van Compliance & Forensic Services Caribbean N.V. wordt de vraag voorgelegd naar de omvang van het bedrag dat Gedaagde zich wederrechtelijk heeft toegeëigend over de periode van 2006 tot en met 2010 toen zij in dienst was van eiser en daarbij alle opmerkingen te maken die zij van belang achten voor een goed begrip van de zaak.
2.4
Voor wat betreft de kosten van het onderzoek zal het gerecht partijen, ieder voor de helft, belasten met het betalen van het voorschot, nu het onderzoek noodzakelijk is om de omvang van het door Gedaagde wederrechtelijk toegeëigend bedrag vast te stellen. De deskundigen hebben het voorschot bepaald op Afl. 20.000,--, exclusief BBO/BAZV en 3% kantoorkosten. Het gerecht zal het voorschot bepalen op Afl. 25.000,--.
2.5
De verdere procedure zal er als volgt uitzien:
- Easy Cargo en Gedaagde dienen gezamenlijk een kopie van het complete procesdossier ter beschikking te stellen aan de deskundige. Het Gerecht merkt op dat hierbij ook de producties dienen te zijn gevoegd. Opmerkingen van een partij over de waarde van verschillende stukken in dat procesdossier zijn niet toegestaan;
- Partijen dient te zorgen voor tijdige betaling van de voorschotten op de hieronder aan te geven wijze;
- Partijen hebben de gelegenheid om op de conceptrapportage van de deskundige opmerkingen te maken en eventueel verduidelijkende vragen te stellen;
- Nadat de deskundigenrapportage definitief is en is ingediend bij het Gerecht, hebben partijen de gelegenheid om een conclusie na deskundigenbericht te nemen. Daarna komt de zaak opnieuw voor vonnis.
2.6
Het gerecht wijst erop dat partijen op grond van artikel 174b lid 3 Rv wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. Het gerecht zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing omschreven. Wordt aan een van deze verplichtingen niet voldaan, dan kan het gerecht daaruit de gevolgtrekking maken die hij geraden acht, ook in het nadeel van de desbetreffende partij.
2.7
Als een partij desgevraagd of op eigen initiatief schriftelijke opmerkingen en verzoeken aan de deskundige doet toekomen, dient zij daarvan onmiddellijk afschrift aan de wederpartij te verstrekken.
2.8
Het gerecht zal iedere verdere beslissing aanhouden.

3.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht:
3.1
beveelt een onderzoek door deskundigen,
3.2
benoemt tot deskundigen:
[Deskundige 1] en [Deskundige 2] van
Compliance & Forensic Services Caribbean N.V.,
correspondentieadres: [adres], Aruba,
telefoon: (+297) [telefonnummer],
e-mailadres: [e-mailadres]
3.3
draagt de deskundigen op antwoord te geven op de vragen zoals genoemd onder 2.3 van dit vonnis,
3.4
bepaalt met het oog op de vaststelling van het voorschot op de kosten van de deskundige het volgende:
- partijen kunnen desgewenst binnen twee weken na dit vonnis schriftelijk bij het gerecht bezwaar maken tegen de begroting,
- als niet of niet tijdig bezwaar wordt gemaakt, wordt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundigen reeds nu voor alsdan vastgesteld op Afl. 25.000,--;
- als wel tijdig bezwaar wordt gemaakt, zal het voorschot worden vastgesteld bij afzonderlijke rechterlijke beslissing,
3.5
bepaalt dat partijen elk de helft van het voorschot dienen over te maken op het bankrekeningnummer: 601347606 (Awg)
t.n.v. gemeenschappelijk hof van justitie
CARIBBEAN MERCANTILE BANK
CAYA BETICO CROES 53
ORANJESTAD, ARUBA
SWIFT CODE: CMBAAWAX
onder vermelding van "voorschot deskundigenrapport zaak AR 1800 van 2010" en wel binnen zes weken na deze beslissing,
3.6
draagt de griffier op om de deskundige onmiddellijk in kennis te stellen van de betaling van het voorschot,
3.7
bepaalt dat partijen het procesdossier in afschrift aan de deskundigen dient te doen toekomen,
3.8
bepaalt dat de deskundigen het onderzoek zelfstandig zullen instellen op de door de deskundige in overleg met partijen te bepalen tijd en plaats,
3.9
wijst de deskundigen er op dat:
de deskundigen voor aanvang van het onderzoek dienen kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
de deskundige het onderzoek
pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dienen aan te vangen,
de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact op te nemen met de griffier, als tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
3.1
bepaalt dat partijen nadere inlichtingen en gegevens aan de deskundige dienen te verstrekken als daarom verzocht wordt, de deskundige toegang dienen te verschaffen tot voor het onderzoek noodzakelijke plaatsen en documenten, en de deskundige ook voor het overige gelegenheid dienen te geven tot het verrichten van het onderzoek,
3.11
draagt de deskundige op om uiterlijk drie maanden na het schriftelijk bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschot een schriftelijk en ondertekend rapport in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie,
3.12
bepaalt dat de deskundigen een concept van het rapport aan partijen moeten toezenden, zodat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moeten vermelden,
3.13
bepaalt dat partijen binnen vier weken dienen te reageren op het concept-rapport van de deskundige nadat dit aan partijen is toegezonden, en dat partijen bij de deskundige geen gelegenheid hebben op elkaars opmerkingen en verzoeken naar aanleiding van het concept-rapport te reageren,
3.14
bepaalt dat de zaak op de parkeerrol zal komen van woensdag 5 juli 2017,
3.15
draagt de griffier op de zaak op een eerdere rol te plaatsen:
- als het voorschot niet binnen de daarvoor bepaalde (eventueel verlengde) termijn is ontvangen: voor akte uitlating voortprocederen aan beide zijden op een termijn van twee weken of
- na ontvangst ter griffie van het rapport: voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van Easy Cargo op een termijn van vier weken,
3.16
verklaart de beslissing over het voorschot uitvoerbaar bij voorraad,
3.17
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.A.H. Lemaire, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 7 december 2016 in aanwezigheid van de griffier.