In deze zaak, die op 15 maart 2017 werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, gaat het om een kort geding tussen een eiseres en een gedaagde, beide wonende in Aruba. De eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. H.F. Falconi, vordert de ontruiming van een appartement dat door de gedaagde wordt gehuurd. De huurovereenkomst, die op 1 oktober 2016 is aangegaan, stipuleert een huurprijs van Afl. 850,- per maand, met bijkomende utiliteitskosten. De gedaagde heeft echter zijn huurbetalingen niet correct voldaan en heeft een huurachterstand opgebouwd van Afl. 3.878,56, wat de eiseres heeft doen besluiten om juridische stappen te ondernemen.
De gedaagde erkent de huurachterstand, maar beroept zich op verrekening van schade die hij zou hebben geleden door hevige regenval, waarvoor hij de eiseres aansprakelijk heeft gesteld. Het gerecht oordeelt dat de gedaagde niet bevoegd is om de schade te verrekenen met de huur, aangezien de huurovereenkomst dit uitsluit. Het gerecht komt tot de conclusie dat de gedaagde toerekenbaar tekort is geschoten in zijn betalingsverplichtingen, waardoor de vordering tot ontruiming kan worden toegewezen.
Het gerecht wijst de gevorderde dwangsom af, omdat de eiseres zelf de ontruiming kan laten uitvoeren door een deurwaarder. De ontruimingstermijn wordt vastgesteld op vier weken na betekening van het vonnis. De gedaagde wordt tevens veroordeeld in de proceskosten van de eiseres, die zijn begroot op Afl. 1.680,25. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.