ECLI:NL:OGEAA:2017:228

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
22 maart 2017
Publicatiedatum
4 april 2017
Zaaknummer
A.R. 1945 van 2016
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Incident tot zekerheidstelling in een civiele zaak betreffende een huurkoopovereenkomst

In deze zaak, die diende voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, betreft het een incident tot zekerheidstelling in een civiele procedure. De eisers, [B] c.s., zijn eigenaar van een woning in Aruba en hebben een huurkoopovereenkomst gesloten met de gedaagde, [C]. De koopprijs was vastgesteld op USD 129.375,-. Echter, op 16 juni 2016 hebben [B] c.s. de huurkoopovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden vanwege een tekortkoming in de betalingsverplichtingen door [C].

In het incident vorderden [B] c.s. een verklaring dat de koopovereenkomst rechtsgeldig was ontbonden en vroegen zij [C] te veroordelen de woning binnen 14 dagen te ontruimen. [C] verweerde zich door te stellen dat [B] c.s. vreemdelingen zijn in de zin van artikel 122 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, en dat er geen verdrag bestaat tussen Aruba en Venezuela dat vrijstelling van zekerheidstelling regelt. [C] vroeg om zekerheidstelling voor de kosten, schade en rente.

De rechter oordeelde dat [B] c.s. als vreemdelingen in beginsel verplicht zijn om zekerheid te stellen, maar dat in dit geval verhaal in Aruba mogelijk was, aangezien zij eigenaar zijn van de woning. Daarom werd de vordering tot zekerheidstelling afgewezen. De beslissing over de proceskosten werd aangehouden tot de hoofdzaak. De hoofdzaak zal worden voortgezet in de stand waarin deze is gebleven, met een verwijzing naar de rol voor conclusie van antwoord op 19 april 2017.

Uitspraak

Vonnis van 22 maart 2017
Behorend bij A.R. 1945 van 2016
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS
in het incident tot zekerheidstelling in de zaak van:
[A]
[B],
wonende te Venezuela, domicilie kiezende ten kantore van hun gemachtigde,
eisers, hierna ook te noemen: [B] c.s.
gemachtigde: de advocaat mr. David G. Kock,
tegen:
[C],
wonende te Aruba,
hierna ook te noemen: [C],
gemachtigde: de advocaat mr. C. Helen Lejuez.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de incidentele conclusie van [C]
- de conclusie van antwoord in het incident van [B] c.s.
De zaak is daarna verwezen naar de rol voor vonnis in het incident.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
Voor zover voor de beslissing van belang staan de volgende feiten als erkend of niet voldoende gemotiveerd weersproken in dit geding vast.
2.2 [
B] c.s. zijn eigenaar van de woning aan de [adres] te Aruba.
2.3 [
C] woont in deze woning.
2.4
Partijen hebben afgesproken dat [C] de woning voor een bedrag ad USD 129.375,- zou kopen.
2.5
Bij brief van 16 juni 2016 heeft [B] c.s. de huurkoopovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden, wegens toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de afbetalingsverplichting van [C].

3.DE VORDERING EN HET VERWEER

3.1 [
B] c.s. vorderen in de hoofdzaak - kort gezegd - voor recht te verklaren dat de koopovereenkomst op 16 juni 2016 rechtsgeldig is ontbonden dan wel deze te ontbinden en [C] te veroordelen de woning binnen 14 dagen na dagtekening te ontruimen, met veroordeling van [C] in de kosten van de procedure.
3.2 [
C] heeft gesteld dat uit het inleidend verzoekschrift blijkt dat [B] c.s. vreemdeling zijn in de zin van art. 122 lid 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv.) terwijl tussen Aruba en het land van domicilie van [B] c.s geen verdrag geldt waardoor vrijstelling van zekerheidstelling is geregeld. [C] vraagt in verband daarmee [B] c.s. te veroordelen tot het stellen van zekerheid voor de betaling van kosten, schade en intresten waartoe zij zouden kunnen worden veroordeeld.
3.3 [
B] c.s. voeren gemotiveerd verweer dat voor zover voor de beslissing van belang hieronder zal worden besproken.

4.DE BEOORDELING

in het incident
4.1 [
B] c.s. zijn woonachtig in Venezuela en derhalve vreemdeling in de zin van art. 122 Rv. zodat zij in beginsel gehouden zijn om zekerheid te stellen voor de betaling van kosten, schade en intrest in welke zij verwezen zouden kunnen worden.
4.2
Ingevolge het bepaalde in artikel 122 lid 2 sub c Rv is het stellen van zekerheid niet aan de orde indien redelijkerwijs aannemelijk is dat verhaal voor een veroordeling tot betaling van proceskosten en schadevergoeding in Aruba mogelijk zal zijn.
Nu [B] c.s. eigenaar zijn van de woning aan de [adres] te Aruba, is verhaal in Aruba mogelijk. De incidentele vordering wordt om deze reden afgewezen.
4.3
De beslissing over de proceskosten van dit incident wordt aangehouden tot in te hoofdzaak wordt beslist.
in de hoofdzaak
4.5
De hoofdzaak zal worden voortgezet in de stand waarin deze is gebleven.

5.DE UITSPRAAK:

De rechter in dit gerecht:
in het incident
5.1
wijst de vordering af;
5.2
houdt de beslissing over de proceskosten van dit incident aan tot in de hoofdzaak wordt beslist;
in de hoofdzaak
5.3
verwijst de zaak naar de rol van woensdag 19 april 2017 voor conclusie van antwoord;
Dit vonnis is gewezen door mr. Y.M. Vanwersch, rechter in dit gerecht en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van woensdag 22 maart 2017 in aanwezigheid van de griffier.